Klemmenconfiguratie:
1:
Uitschakelen van de batterijvoeding (Batt off), inschakelen van een stuurspan-
ning van DC +5 V tot DC +24 V
2 tot 4:
Uitgangsklemmen DC 24 V
5, 6:
Meldklem (Power Supply); het relaiscontact wordt bij uitval van de netspan-
ning geopend.
7, 8:
Meldklem (Battery 2 min); het relaiscontact wordt bij uitval van de netspan-
ning langer dan 2 minuten gesloten.
9, 10:
Meldklem (Battery Warning); het relaiscontact wordt ca. 2 minuten voordat de
batterijen leeg zijn en de beveiliging tegen diepontladen de belasting uitscha-
kelt geopend.
11, 12:
Stuurklem (UPS Release): vrijgave voor UPS-bedrijf. Voor vrijgave moet tussen
deze klemmen een draadbrug of potentiaalvrij maakcontact worden gesloten.
De stroom door de draadbrug bedraagt ca. 1 mA.
13 tot 15:
Netspanningsaansluiting.
DC 24 V
1
2
3
4
5
6
Batt
OV OV DC 24 V
off
Power
Supply
Afbeelding 3.20: Aansluitingen van de netgelijkrichter met UPS
Let op!
Controleer voor aansluiting van de netspanning de juiste stand van de spanningkeuze-
schakelaar aan de onderzijde van het apparaat (afbeelding 3.19).
• Zet de spanningkeuzeschakelaar met een schroevendraaier op de juiste netspanning
(115 V of 230 V).
• Monteer het apparaat op de profielrail. De klemmen moeten zich aan de bovenzijde bevin-
den. De netgelijkrichter wordt tijdens het bedrijf warm. Zorg voor voldoende warmteafvoer.
• Sluit de netgelijkrichter aan conform het aansluitschema (zie afbeelding 3.20).
• Sluit een draadbrug of potentiaalvrij maakcontact aan tussen de klemmen 11 en 12.
06.2016/V 2.0
7
8
9
10
11
12
Input
DC 24 V
Battery
Battery
UPS
2 min.
Warning
Release
L
N
PE
13
14
15
L1
N
PE
Installatie
51