Inhoudsopgave
Advertenties
7 Applicatie informatie
Pos : 32 /TD/Ü berschriften/Anwendungshi nweis e 477 @ 4\mod_1251901467301_79.doc @ 48178 @ 1
7
Applicatie informatie
Pos : 33 /TD/Produkt ver wenden/testo 477/allgemei ne Anwendungshi nweise 477 @ 4\mod_1251878000012_79.doc @ 48147 @ 23333
7.1.
Algemene applicatie informatie
7.1.1.
Vertragen van beweging
Zoals besproken, is het primaire gebruik van de testo 477 het
vertragen of "bevriezen" van de schijnbare beweging van
bewegende voorwerpen. Dit stelt u in staat om veilig en eenvoudig
hun run-time prestaties vast te stellen.
Om een object schijnbaar in slowmotion te laten bewegen, dient u
een fractie boven of een fractie onder de daadwerkelijke snelheid
te flitsen (of een harmonische van de snelheid zoals hieronder
besproken). Gebruik eenvoudig de 4 knoppen tot u de gewenste
schijnbare beweging hebt bereikt.
Tips:
De snelheid waarmee het object schijnbaar beweegt kan worden
vastgesteld door het aftrekken van het flits percentage van de
werkelijke snelheid van het object.
Voorbeeld:
Als een object draait op 1,000 RPM en je flitst het op een snelheid
van 1,005 flitsen per minuut (FPM), lijkt het object te bewegen met
een snelheid van 5 RPM.
Snelheid = Werkelijke snelheid - Flitspercentage
= 1,000 RPM - 1,005 RPM
= 5 RPM
7.1.2.
Schijnbare richting van de beweging
De richting (met de klok mee, tegen de klok in of vooruit of
achteruit) waarin het object schijnt te bewegen wordt vastgesteld
door het flitspercentage, de werkelijke richting waarin het object
beweegt en de oriëntatie van de stroboscopische balk naar het
object..
Voorbeeld: Stelt u zich voor dat u de beweging van een ventilator
welke met de klok mee draait zichtbaar wilt vertragen naar 1,000
RPM.
Voorbeeld 1: Als u ervoor staat en flitst met een snelheid van 1,005
flitsen per minuut (FPM), zal het object tegen de klok in lijken te
bewegen met een snelheid 5 RPM.
16
Advertenties
Inhoudsopgave
