Inhoudsopgave
Advertenties
Draadloze netwerkverbinding
d
Selecteer het menu Draadl. LAN en druk op [Enter].
e
Selecteer de instelling Beveiliging en druk op [Enter].
f
Selecteer de beveiligingsinstellingen volgens uw netwerkinstellingen.
g
Voer een van de volgende bewerkingen uit, afhankelijk van de beveiliging
die u hebt geselecteerd.
• WPA2-PSK, WPA3-PSK of WPA2/WPA3-PSK: Selecteer Inst.
voltooid en volg de instructies op het scherm om uw instellingen op
te slaan en de menu's af te sluiten.
• WPA3-EAP, WPA2/WPA3-EAP: Selecteer EAP-instelling en druk op
[Enter].
h
Selecteer het protocol voor verificatie als de instelling voor EAP-type.
i
Om uw certificaat te importeren, selecteert u het certificaattype en drukt u
op [Enter].
• Clientcertificaat voor het type EAP-TLS
• CA-certificaat voor alle EAP-types
U kunt de digitale certificaten ook registreren vanaf uw webbrowser.
Zorg er dus voor dat u slechts één keer registreert anders wordt het
certificaat mogelijk niet correct geïnstalleerd.
j
Selecteer Registreren en druk op [Enter].
k
Volg de instructies op het scherm en sluit een USB-opslagapparaat aan op
de USB-A-poort van de projector.
l
Druk op [Enter] om de certificaatlijst weer te geven.
m
Selecteer het certificaat voor het importeren met de weergegeven lijst.
Er wordt een bericht weergegeven met de vraag het wachtwoord in te
voeren voor het certificaat.
n
Voer een wachtwoord in en druk op [Enter].
Het certificaat wordt geïmporteerd en een voltooiingsbericht verschijnt.
o
Selecteer uw EAP-instellingen zoals vereist.
• Met Gebruikersnaam kunt u een gebruikersnaam invoeren met
maximaal 64 alfanumerieke tekens. Gebruik uw webbrowser om meer
dan 32 tekens in te voeren. Als u een clientcertificaat importeert, wordt
de naam die aan het certificaat is toegewezen, automatisch ingesteld.
• In Wachtwoord kunt u een wachtwoord invoeren met maximum 64
alfanumerieke tekens voor de authenticatie wanneer u het type PEAP
gebruikt. Gebruik uw webbrowser om meer dan 32 tekens in te voeren.
• Met Servercert.verif. kunt u selecteren of het servercertificaat moet
worden geverifieerd wanneer een CA-certificaat is ingesteld.
• Met Naam RADIUS-srv. kunt u de te controleren servernaam
invoeren.
p
Selecteer Inst. voltooid wanneer u klaar bent met het selecteren van de
instellingen en volg de instructies op het scherm om uw instellingen op te
slaan en de menu's af te sluiten.
Verwante koppelingen
g
• "Ondersteunde client- en CA-certificaten"
Ondersteunde client- en CA-certificaten
U kunt deze types digitale certificaten registreren.
49
pag.49
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
