≥ Voor opname beschikbare tijd bij gebruik van de accu (l 13)
≥ De fabrieksinstelling van deze functie is de [1080/50i] (3D-opnamemodus)/[HA] (2D-
opnamemodus).
≥ Raadpleeg pagina 141 over de approximatieve opnametijd.
≥ Wanneer het toestel veel of snel bewogen wordt, of wanneer een snel bewegend
onderwerp opgenomen wordt (met name bij opnames in de [HE] mode), kan tijdens het
afspelen een mozaïekachtig patroon ontstaan.
[24p SELECT]
[AAN]/[UIT]
Het is mogelijk om de 1080/24p te veranderen.
≥ Dit toestel zal herstarten wanneer [AAN] aangeraakt wordt.
≥ Het is niet mogelijk om 1080/24p en andere opnameformaten op dezelfde SD-kaart te
gebruiken. Wanneer u 1080/24p inschakelt, gebruik dan een aparte SD-kaart.
≥ De scènes die opgenomen zijn in 1080/24p kunnen niet afgespeeld worden door de
apparatuur van het PAL-systeem.
[RELAY/BACKUP]
U kunt relay-opnames en backup-opnames instellen.
≥ Plaats de SD-kaarten in kaartsleuf 1 en kaartsleuf 2.
[UIT]:
[RELAY]:
[BACKUP]:
∫ Relay-opname
Het is mogelijk om de opname zonder onderbreking voort te zetten op de SD-kaart in de
andere kaartsleuf als de beschikbare capaciteit van de SD-kaart tijdens het opnemen opraakt.
wordt afgebeeld op de drager om de video op te nemen.
≥
de informatiedrager geschakeld wordt en de relaisopname gestart is.
≥ Relay-opnemen kan slechts één keer uitgevoerd worden.
∫ Backup-opnames
Dezelfde video kan op twee SD-kaarten opgenomen worden.
≥ De
wordt weergegeven op de kaarten waarop de film opgenomen wordt.
≥ Als [SD-KAART 1] geselecteerd is als bestemming voor de opname van de film, zal de
backup op [SD-KAART 2] opgenomen worden.
≥ Er wordt geadviseerd om backup-opnames op SD-kaarten met dezelfde snelheidsklasse
en capaciteit op te nemen.
(Relay-opname)
≥ De bestemming voor het opnemen van foto's zal naar de andere SD-kaart geschakeld
worden nadat de relay-opname uitgevoerd is.
(Backup-opname)
≥ De backup-opname zal niet voor foto's uitgevoerd worden.
Wist de instelling.
Stel de relay-opname in
Stel de backup-opname in
- 110 -
zal verdwijnen wanneer