Inhoudsopgave
Advertenties
U, Du
Watson-Marlow 323E, 323S, 323U en 323Du
Gebruikershandleiding
17.1 Analoge signalen en
afstandsbediening
Het starten van de pomp en de draairichting ervan kunnen op afstand worden
geregeld met schakelaars, en het toerental met analoge signalen, die zijn
aangesloten op de 25-pins D-connector aan de achterkant van de pomp. De
analoge interface accepteert signalen van 0-10 VDC of 4-20 mA.
Druk op de MODUStoets tot „ana" op het display wordt weergegeven om de
analoge bediening te selecteren. Het pictogram AUTO wordt op het display
weergegeven.
Het pomptoerental stijgt bij een toenemend analoog signaal. De pomp wordt
gestopt bij 0 V of 4 mA. Deze interface is vooraf gekalibreerd in de fabriek en mag
niet worden gewijzigd. Als het analoge signaal te hoog is, geeft de pomp een
foutmelding „E21" (signaal te hoog) weer. Zie 19 Foutmeldingen.
De afstandschakelaars voor stop/start werken met zowel handmatige als
analoge bedieningsmodi. De afstandbediening voor de draairichting werkt
alleen met de analoge bedieningsmodus.
Sluit nooit de netspanning aan op de 25-pins D-connector.
Sluit de juiste signalen aan op de onderstaande pinnen.
Beperk signalen tot de aangegeven maximumwaarden.
Voer geen spanning over andere pinnen. Er kan blijvende
schade ontstaan, die niet door de garantie worden gedekt.
Toerentalregeling
Analoog stuurspanningssignaal op
pinnen 4 en 14 Ingangsimpedantie
200 kOhm Maximale stuurspanning
10 V
Stop/Start
Een afstandsschakelaar voor stop/start kan worden aangesloten tussen pinnen 7 en
17 van de 25-pins socket. Of er kan een TTL-compatibel logisch signaal worden
toegepast op pin 7. (Laag 0 V hoog 5 V maximum. Aarde naar pin 17). Dit is
beschikbaar bij handmatige en analoge besturing.
Analoog stuurstroomsignaal op pinnen 4
en 14 en overbrugging tussen 3 en 15
Ingangsimpedantie 250 Ohm
Maximale stuurstroom 20 mA
24
Advertenties
Inhoudsopgave
