Belangrijk: Bougies nooit schoonmaken.
Bougies altijd vervangen bij zwarte laag op de
bougie, versleten elektroden, vettige laag op de
bougie of scheuren.
Figuur 39
1. Centrale elektrode met
isolator
2. Massa-elektrode
2. Controleer de afstand tussen de centrale elektrode en
de massa-elektrode
3. Verbuig de massa-elektrode
afstand in te stellen indien dit nodig is.
Bougies monteren
1. Draai de bougies in de bougiegaten.
2. Draai de bougies vast met een torsie van 27 Nm.
3. Druk de bougiekabels op de bougies
4. Sluit de motorkap.
3. Elektrodenafstand (niet op
schaal weergegeven)
(Figuur
39).
(Figuur
39) om de juiste
(Figuur
38).
Onderhoud
brandstofsysteem
Brandstoffilter vervangen
Onderhoudsinterval: Om de 200 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode aan)
1. Breng de armen van de lader omlaag, zet de motor af
en haal het sleuteltje uit het contact.
2. Open de motorkap en verwijder het linker zijscherm.
3. Draai de tankdop los om de druk te verminderen.
4. Klem de brandstofleidingen aan beide zijden van het
brandstoffilter
(Figuur
1. Filter
5. Druk de uiteinden van de slangklemmen naar elkaar
toe en schuif ze weg van het filter
6. Plaats een bak onder de brandstofslangen om
weglekkende benzine op te vangen en verwijder
vervolgens het filter van de brandstofslangen.
7. Schuif de brandstofleidingen op de aansluitingen van
het nieuwe brandstoffilter. Zorg er hierbij voor dat de
pijl op het filter in dezelfde richting wijst als dat de
brandstof stroomt, dus weg van de brandstoftank aan
de kant van de uitgaande brandstofleiding en richting
de brandstofpomp aan de kant van de inkomende
brandstofleiding.
Belangrijk: Monteer nooit een vuil filter.
8. Schuif de slangklemmen dicht tegen het filter aan.
9. Verwijder de klem waarmee u de benzinestroom hebt
geblokkeerd en open de brandstofafsluitkleppen.
10. Bevestig de tankdop.
11. Plaats het zijscherm en sluit de motorkap.
34
40).
Figuur 40
2. Slangklem
(Figuur
40).