9.
Draai de as van de remkoppeling tot het uiteinde
op één lijn ligt met de opening in de hendel.
•
Kort de koppeling in door rechtsom te
draaien.
•
Verleng de koppeling door linksom te
draaien.
10.
Breng de as van de remkoppeling aan in de
opening in de parkeerrem en bevestig met de
gaffelpen. Herhaal stap
11.
Als de afstelling voltooid is, verwijdert
u de kriksteun of het soortgelijke
ondersteuningsmechanisme om de machine te
laten zakken.
12.
Zet de maaimachine in de B
Zie
De vrijgavehendels van de aandrijfwielen
gebruiken (bladz.
5
en stel af indien nodig.
EDRIJFSSTAND
30).
Onderhoud riemen
Riemen controleren
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren
Vervang de riem als deze versleten is. Een aantal
indicaties van een versleten riem: een gierend
geluid tijdens het draaien van de riem, de messen
die slippen tijdens het maaien, gerafelde randen en
schroeiplekken en scheuren op de riem.
Drijfriem van maaidek
vervangen
.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de
parkeerrem in werking.
2.
Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje
en wacht totdat alle bewegende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen voordat u de
bestuurderspositie verlaat.
3.
Breng het maaidek omlaag naar een maaihoogte
van 7,6 cm.
4.
Draai de bout op elk van de riemkappen los.
5.
Draai de onderste bout los waarmee de
afdekking van het maaidek is bevestigd aan het
maaidek; zie
losmaken (bladz.
6.
Verwijder het plaatmetaalscherm, zie
plaatmetaalscherm verwijderen (bladz.
7.
Verwijder de aandrijfriemkappen en de
bijbehorende bouten
8.
Haal de veerspanning van de veerbelaste
spanpoelie. Zie
Opmerking:
(Toro onderdeelnr. 92-5771) om de veer van de
maaidekstang te verwijderen
9.
Verwijder de riem van de maaidekpoelies en de
koppelingspoelie.
50
De afdekking van het maaidek
35).
(Figuur
63).
Figuur 63
Figuur
65.
Gebruik de veerverwijderaar
(Figuur
Het
35).
g027729
65).