PARKEERREM
De hendel van de parkeerrem bevindt zich op de vloerplank, rechts van het gaspedaal. Om de handrem in te scha-
kelen, trekt u de hendel van de parkeerrem naar beneden totdat de parkeerrem volledig is ingeschakeld (1). Om
hem uit te schakelen, drukt u op de knop aan het einde van de hendel en plaatst u de hendel opnieuw rechtop (2)
(Figuur 7) .
CHOKE
De choke (1) bevindt zich op het voorpaneel van de bank, onder en links van de linkerknie van de bestuurder. Indien
het voertuig bij koude temperaturen moeilijk start, gebruikt u de choke: druk het gaspedaal half in en trek dan de
chokehendel uit om de choke in werking te stellen. Laat de hendel los wanneer de motor vlot begint te draaien
(Figuur 8) .
ELEKTRISCH PLATFORMLIFTSYSTEEM
De schakelaar van het elektrisch platformliftsysteem bevindt zich op het voorpaneel van de bank, links van de
choke (Figuur 8) . Het liftsysteem van het platform is uitgerust met een contactslot waarmee de schakelaar voor het
omhoog brengen wordt vergrendeld, waardoor de niet-geautoriseerde toegang tot bewegende onderdelen in de
motorruimte wordt beperkt.
Om het platform omhoog te brengen, steekt u de sleutel van het liftsysteem in het contact (2) en draait u hem in de
stand aan ( | ). Trek de tuimelschakelaar omhoog (3) en houd hem in de opwaartse (
los om het verhogen te stoppen. Druk de schakelaar naar beneden en houd hem in de neerwaartse (
om het platform neer te laten. De platformlift maakt een luid klikkend geluid om erop te wijzen dat het zich in rust-
toestand bevindt. Draai de sleutel van het liftsysteem in de vergrendelde ( O ) stand en verwijder hem.
∆
WAARSCHUWING
• Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen wanneer het platform omhoog staat en de motor
draait.
2
3
Figuur 8 Choke en platformliftsysteem
OLIELAMPJE
Het voertuig heeft op het dashboard, net boven de stuurkolom, een waarschuwingslampje (1) voor het oliepeil
(Figuur 9) . Indien dit lampje brandt, moet u de olie controleren en zo nodig olie bijvullen voor u het voertuig verder
gebruikt. U moet het voertuig nooit blijven rijden wanneer het lampje onafgebroken brandt. Als het lampje aan en uit
gaat, mag u blijven rijden maar moet u zo snel mogelijk olie bijvullen. Als het oliepeil correct is maar het lampje blijft
branden, laat u het voertuig dan even nakijken door een getrainde monteur. Zie volgende VOORZICHTIG.
1
2006 Carryall 252/Turf 252 benzinevoertuig – Handleiding (Europa)
Bedieningen en aanwijzers
) positie. Laat de schakelaar
2
1
Figuur 9 Olielampje
) positie
pagina 13