Tweede Editie - Eerste Herdruk
Gevaar voor ONTPLOFFING OF BRAND
•
In geval van sporen of geur van LPG, benzine,
dieselbrandstof of andere ontplofbare stoffen de
motor niet
starten.
•
Als de motor aan is geen brandstof
•
Brandstof bijtanken en batterijen opladen
uitsluitend in een goed geventileerde zone, uit
de buurt van vonken, vlammen of
•
De machine niet in een gevaarlijke omgeving of
in de buurt van brandbare of ontplofbare stoffen
gebruiken.
•
Geen ether in motoren met voorverwarm bougies
doen.
•
Vermijden vaten of jerrycans met brandstof te
laten slingeren op het werkterrein.
•
Het is verboden de katalysator en houders met
hete stoffen te ledigen zonder van te voren
de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen te
hebben.
•
Alle gevaarlijke- en brandstoffen behoedzaam
behandelen.
•
Het is verboden brandblusapparaten en drukaccu's
te
schenden.
Code 57.0009.0442
•
bijtanken.
•
sigaretten.
•
•
•
GTH-2506 - AGRI-625
Veiligheidsnormen
G e v a a r
v o o r
MACHINEONDERDELEN
Om de motor te starten geen batterijoplader of
batterijen gebruiken met een spanning boven de
12V.
De machine niet als aarding gebruiken om
laswerkzaamheden uit te
Gevaar voor PERSOONLIJKE LETSELS
Bedien de machine niet als er een hydraulisch
olieof luchtlek is. Perslucht of hydraulische olie
kan de huid
binnendringen en/of brandwonden
veroorzaken.
Altijd de machine in een goed geventileerde
omgeving gebruiken om vergiftiging door
koolmonoxyde te voorkomen.
Laat de arm pas neer als het gebied eronder vrij
van mensen en obstakels is.
Bedienings Handleiding
S C H A D E
A A N
voeren.
21