2. Druk op zowel de bovenste als de onderste klemmen om
de binnenste glazen deur los te maken. Open hem (zo
ver als de opening toelaat) om de volledige ruimte tussen
het binnenste en buitenste glas te bereiken.
3. Maak alle glaszijden van beide deuren schoon. Maak
vervolgens de oppervlakken tussen de deuren schoon.
G.6
Druppelopvangbak onder
bereidingsruimte
De kunststof druppelopvangbak op de bodem van de voorzijde
van de bereidingsruimte zorgt ervoor dat stoom die conden-
seert op het moment dat de deur geopend wordt, wordt
opgevangen en afgevoerd.
In het geval van bereidingen met veel vet elke twee dagen een
ontvettingsmiddel gebruiken; in het geval van bereidingen met
weinig vet ten minste eenmaal per week een ontvettingsmiddel
gebruiken.
Maak de kleine afvoerleiding schoon en controleer op ver-
stoppingen die zouden kunnen verhinderen dat het water
wordt afgevoerd.
Gebruik indien nodig een kleine pijpenrager met nylon borstels.
2
CLICK !
CLICK !
3
G.7
Afvoerleiding ruimte
Resten die tijdens de bereiding vrijkomen kunnen aankoeken
op de uitwendige afvoerleiding. Het is daarom noodzakelijk om
de efficiëntie van de afvoer te controleren en de afvoerbuis
onmiddellijk te reinigen wanneer er tekenen van verstopping
zijn.
Maak de afvoerleiding van de binnenkant van de oven
regelmatig schoon.
Gebruik indien nodig een pijpenrager met nylon borstels.
G.8
Voedselsonde
Resten die vrijkomen tijdens de bereiding, ondanks regelmatig
reinigen van de bereidingsruimte, kunnen korsten vormen die
de temperatuurdetectie beïnvloeden.
Om maximale werking van de oven met de voedselsonde te
waarborgen, wordt aanbevolen de voedselsonde iedere dag
handmatig te reinigen met een lauw sopje met neutrale zeep,
vermijd daarbij het in de knoop raken van het snoer van de
sonde en spoel af met water.
BELANGRIJK
Ga uiterst voorzichtig om met de sonde, houd er
rekening mee dat het toch gaat om een voorwerp
met een scherpe punt, ga er dus erg zorgvuldig
mee om, ook tijdens de reiniging.
G.9
Overige oppervlakken
• Maak uitwendige glazen, metalen en kunststof onderdelen
alleen schoon met niet-agressieve schoonmaakmiddelen.
Bij waarneming van zichtbare of voelbare verandering van
de eigenschappen van oppervlakken dient u met het
gebruik van deze producten te stoppen, en moet er grondig
met water worden gespoeld (voorbeelden: glas dat mat
wordt/krassen vertoont/overige of verkleuring/smelten/ove-
rige van kunststof, of metaal dat roest/vlekken/krassen
vertoont). Droog na het spoelen voorzichtig na.
19