bevestigen en de uitsparingsplaat vastschroeven. De opliggende delen van
de bekleding weer monteren met geopende uitsparing. Vervolgens het
verbindingsstuk monteren.
Van boven naar achteren: Indien het verbindingsstuk al gemonteerd is,
moet dit worden verwijderd. De opliggende delen van de bekleding
verwijderen. De uitsparingsplaat en de afdekplaat van de behuizing aan de
achterzijde demonteren. De afvoerpijp boven losschroeven en achter
monteren. De afdekplaat aan de bovenkant monteren. De opliggende delen
van de bekleding met afgesloten uitsparing monteren. Tot slot het
verbindingsstuk monteren.
Er moet een minimumafstand van 50 mm t.o.v. aan de zijkant staande,
brandbare bouwelementen, meubels, decoratie en gordijnen worden
aangehouden, om voldoende bescherming tegen de warmte te
bieden! Boven de stookinrichting mogen op een afstand van 500 mm
geen brandbare voorwerpen zijn!
In het stralingsbereik (zie afb. 2) (pagina 15):
In het bereik van de deur van de verbrandingskamer resp. de ruit mogen
binnen een afstand van 800 mm geen brandbare bouwelementen,
meubelen, gordijnen of decoraties worden geplaatst. Deze afstand kan tot
400 mm worden verminderd als tussen de haard en brandbare
bouwelementen een van beide zijden geventileerde beschermende plaat
wordt aangebracht.
1.10. Brandpreventie
Warmtestraling
- 12 -
Afstand tot de wand.
Indien de wand bestaat uit niet-
brandbare materialen anders dient
de afstand tot de wand te worden
vergroot.