4
Wanneer u de instellingen hebt geconfigureerd, druk
u op M of m en selecteert u [SAVE COL] (kleuren
opslaan).
5
Druk op < of , en selecteer een nummer (1 of 2)
waaronder u de kleurconfiguratie wilt opslaan.
Door op < of , te drukken wijzigt u de positie van
[*] op het lcd-scherm. Verplaats [*] naar links van het
gewenste nummer. U kunt twee kleurconfiguraties
opslaan door een verschillend nummer te kiezen voor
de diverse configuraties.
Voor meer informatie over de huidige
kleurconfiguratie controleert u de instellingen in het
menu [COLOR] of drukt u een lijst af met
printerinstellingen. (pag. 21)
6
Druk op de knop EXEC (uitvoeren) om de
kleurconfiguratie op te slaan.
7
Druk op de knop MENU om terug te keren naar het
normale scherm.
Een kleurconfiguratie laden
1
Druk op de knop MENU.
2
Druk op < of , en selecteer [COLOR] (kleur).
3
Druk op M of m en selecteer [LOAD COL] (kleuren
laden).
4
Druk op < of , en selecteer een
configuratienummer.
Nummer
Beschrijving
0
De kleurinstellingen van het
printerstuurprogramma worden toegepast
bij het afdrukken.
1 of 2
De door de gebruiker gedefinieerde
kleuraanpassingsinstellingen die zijn
opgeslagen onder het betreffende
configuratienummer worden
geconverteerd naar interne
printerinstellingen voor het afdrukken.
5
Druk op de knop MENU om terug te keren naar het
normale scherm.
Een lijst met printerinstellingen
afdrukken
Met onderstaande stappen drukt u een lijst af met de
huidige printerinstellingen.
1
Druk op de knop MENU.
2
Druk op < of , en selecteer [SETUP]
(instellingen).
3
Druk op M of m en selecteer [PARAM PRINT]
(parameters afdrukken).
4
Druk op , en druk vervolgens op de knop EXEC
(uitvoeren).
Een lijst met de huidige printerinstellingen wordt
afgedrukt.
Aanpassingen en instellingen in het menu
21