Aanpassingen en
instellingen in het menu
Met het menu kunt u de kleuren van de afdrukken
aanpassen en printerinstellingen configureren naar uw
behoeften. De geconfigureerde instellingen blijven
behouden als de printer uitgezet wordt. U kunt twee
aangepaste kleuraanpassingsconfiguraties opslaan.
Normale status
Geselec-
teerd
configura-
tienummer
Mediumgrootte en
resterende pagina's
L: 21L
S: 21S
Knoppen gebruiken in menu's
• Druk op < of , als u tussen menu's wilt schakelen, en op M of m als u tussen instellingsonderdelen wilt schakelen binnen de menu's. Als
u op M (of m) drukt terwijl u bij het eerste (of laatste) onderdeel van een menu bent, dan springt u naar het laatste (of eerste) onderdeel van
dat menu.
• Als u [>] ziet rechts naast een menu, dan kunt u met , het submenu van dat menu weergeven. Als echter [BACK>] wordt weergegeven,
dan brengt , u terug naar het vorige onderdeelniveau van dat menu.
• Wanneer er waarden voor instellingen worden weergegeven, drukt u op < of , om de waarden te wijzigen.
18
Aanpassingen en instellingen in het menu
Menustructuur
Wanneer het lcd-scherm gereed is, drukt u op de knop
MENU om het menu weer te geven.
Wanneer het menu wordt weergegeven, kunt u instellingen
selecteren en configureren met de richtingsknoppen (<,
,, M, m).
Als u op de knop MENU drukt terwijl het menu wordt
weergegeven, keert het lcd-scherm terug naar de normale
status.
Het menu is als volgt gestructureerd.
Kleuraanpassingsmenu
Instellingsmenu