Installatieinstructie
5.3
Wateraansluiting
1. Zorg ervoor dat de drinkwateraansluiting zich dicht bij het apparaat bevindt.
2. Voordat u het apparaat aansluit, moet u voldoende water aftappen om
eventuele resterende stoffen in de leidingen te verwijderen zodat ze niet in de
magneetkleppen terechtkomen.
3. Om de watertoevoeraansluiting tot stand te brengen, moet rekening gehouden
worden met de volgende gegevens:
– De watertoevoeraansluiting bevindt zich aan de achterkant van het
apparaat, aan de linkerkant. De verbinding met de afsluiter van het
distributienetwerk kan gemaakt worden met de bijgeleverde flexibele buis
of met een ¾˝ buis met schroefdraad. De verbinding moet zo gemaakt
zijn dat ze niet verwijderd kan worden in geval van drukoverbelasting.
Een grafische voorstelling van de wateraansluiting en -afvoer ziet u in
afbeelding 5 hieronder.
– Voordat u de watertoevoer op de oven aansluit, moet u een drukregelaar
installeren en deze instellen op 2,5 - 3,5 bar (50 kPa - 200 kPa). Er moet
een filter worden geïnstalleerd voordat er water in de oven stroomt.
– De watertoevoer ter plaatse moet voorzien zijn van een afsluitklep
waarmee de watertoevoer naar het apparaat afgesloten kan worden.
– Controleer de hardheid van het water ter plaatse of vraag het aan uw
plaatselijke waterleidingbedrijf.
117910
NL
23 / 68