Uw notebook gebruiken
De batterij opladen
Om de batterij op te laden, gaat u als volgt te werk:
1
Sluit de netadapter aan op de notebook.
2
Plaats de batterij in het batterijcompartiment
De notebook laadt de batterij automatisch op. Het batterijlampje knippert telkens twee keer kort na
elkaar terwijl de batterij wordt opgeladen. Als de batterij voor 85% is opgeladen, gaat het
batterijlampje uit. Dit opladen tot 85% duurt ongeveer 2,5 uur als de notebook aan staat. Als u de
batterij volledig (100%) wilt opladen, laat u de batterij nog een uur langer opladen.
Status van het batterijlampje
Aan
Enkel knipperen
Dubbel knipperen
Uit
✍
Als de batterij bijna leeg is, knippert zowel het batterij- als het stroomlampje.
Laat de batterij in het batterijcompartiment terwijl de notebook via de netadapter is aangesloten op de netstroom. De batterij wordt verder opgeladen
terwijl u de notebook gebruikt.
Als de batterijlading daalt tot minder dan 10%, moet u de netadapter aansluiten zodat de batterij kan worden opgeladen, of moet u de notebook
uitschakelen en een volle batterij plaatsen.
U kunt ervoor zorgen dat de batterij minder snel leeg raakt door een energiebeheermodus te selecteren in het hulpprogramma PowerPanel.
Uw notebook wordt geleverd met een oplaadbare lithiumionbatterij. Het opladen van een batterij die nog niet volledig leeg is heeft geen invloed op
de levensduur van de batterij.
Het batterijlampje brandt als de notebook op de batterijstroom werkt. Als de batterij bijna leeg is, begint het batterijlampje te knipperen.
Betekenis
De notebook werkt op de batterijstroom.
De batterij is bijna leeg.
De batterij wordt opgeladen.
De notebook werkt op netstroom.
n N
19