Inhoudsopgave
Advertenties
5.6.4
Trackstatus
De trackstatus-functie wordt gebruikt om te controleren of de gebruiker goed gepositioneerd is voor de eyetracker.
● De oogindicatoren, de twee (2) witte stippen: vertegenwoordiger de ogen van de gebruiker en waar ze zich ten
opzichte van het scherm bevinden. Voor een optimale positie moeten de oogindicatoren zich in het midden van het
zwarte gebied bevinden.
● De kleurrijke balk aan de rechterkant met de witte pijl: hoe ver of dicht de gebruiker zich van het scherm bevindt.
– Als de witte pijl in het midden van het groene gedeelte van de balk staat, bevindt de gebruiker zich op de
optimale afstand tot het scherm.
– Als de pijl in het onderste gedeelte van de balk staat: plaats de gebruiker dichterbij.
– Als de pijl in het bovenste gedeelte van de balk staat: plaats de gebruiker verder weg van het apparaat.
1.
Selecteer een van de volgende manieren om toegang te krijgen tot de trackstatus:
– Selecteer de knop Trackstatus, positie 13 in Afbeelding 3: Achter- en linkerkant, pagina 16, op het apparaat.
– Open de TD CoPilot-app door het TD CoPilot
2.
Positioneer de gebruiker.
5.7
De verstelbare standaard gebruiken
De TD Pilot wordt geleverd met een ingebouwde verstelbare standaard, waarmee de gebruiker het TD Pilot-apparaat in
meerdere posities kan plaatsen voor de best mogelijke Eye tracking.
Volg deze instructies om de verstelbare standaard te gebruiken:
1
Klap de verstelbare standaard uit zijn positie in de onderkant van het apparaat.
De verstelbare standaard is ingeklapt onder de
onderkant van het apparaat.
2
Kies de positie waarin u de verstelbare standaard wilt gebruiken.
26
5 De TD Pilot gebruiken
-pictogram te selecteren.
Draai de verstelbare standaard naar de gewenste
TD Pilot-gebruikershandleiding v.1.0.8 - nl-NL
positie.
Advertenties
Inhoudsopgave
