Inbedrijfstelling
11.2.4
Werkzaamheden aan het koudemiddelcircuit
Let op
Het aftappen en bijvullen mag alleen worden gedaan met nieuw koudemiddel (zie voor type koudemiddel en voorgeschreven hoeveelheid het fabrieksplaatje), via de servicekleppen.
Let op
11.2.5
Afdanking
Let op
11.3
Elektrische aansluiting
Waarschuwing
Let op
Let op
11.4
Waterkwaliteit
Let op
Let op
32
Atec
Bij reparatiewerkzaamheden aan het koudemiddelcircuit mag er geen koudemiddel vrijkomen uit de warmtepomp. Het koudemiddel moet op de
juiste wijze worden behandeld.
Alle garanties van Thermia vervallen indien, bij het vullen met een ander koudemiddel dan het door Thermia Värme AB voorgeschreven koudemid-
del, geen schriftelijke bevestiging is ontvangen dat het nieuwe koudemiddel in combinatie met andere ingrepen is goedgekeurd als vervangingskou-
demiddel.
Als de warmtepomp wordt afgedankt, moet het koudemiddel worden afgetapt voor afvoer. Er moet worden voldaan aan de lokale regels en verorde-
ningen met betrekking tot het afvoeren van koudemiddel.
Gevaarlijke elektrische spanning! De klemmenblokken staan onder spanning en kunnen bijzonder gevaarlijk zijn vanwege het risico van elektrische
schokken. Alle voedingen moeten worden onderbroken voordat met de elektrische installatie wordt begonnen. De interne aansluitingen van de
warmtepomp worden in de fabriek aangebracht. Daarom bestaat de elektrische installatie hoofdzakelijk uit het aansluiten van de voeding.
De elektrische installatie mag alleen worden uitgevoerd door een erkende elektricien en moet voldoen aan de geldende lokale en landelijke voor-
schriften.
Bij de elektrische installatie mogen alleen permanent aangelegde kabels worden gebruikt. Het moet mogelijk zijn om de voeding te onderbreken
met een meerpolige stroomonderbreker met een minimale contactopening van 3 mm. (De maximale belasting voor extern aangesloten apparaten
bedraagt 2 A).
Een normaal verwarmingssysteem bevat altijd een zekere hoeveelheid corrosiedeeltjes (roest) en neerslagproducten van calciumoxide. Dit komt door
het zuur dat van nature aanwezig is in het zoet water waarmee het systeem wordt gevuld. Het is niet verstandig om het verwarmingssysteem
regelmatig bij te vullen; daarom moet lekkage in het verwarmingssysteem altijd onmiddellijk worden gerepareerd. Gewoonlijk hoeft het systeem
slechts één of twee keer per jaar te worden bijgevuld. Het water in het verwarmingssysteem moet zo schoon mogelijk zijn. Plaats het vuilfilter altijd
op de retourleiding van het verwarmingssysteem naar de waterpomp, zo dicht mogelijk bij de warmtepomp.
Hard water; gewoonlijk is de installatie van een warmtepomp in een gebied met hard water geen probleem, omdat de normale bedrijfstemperatuur
voor het warme water niet hoger is dan 60 °C. In gebieden met uitzonderlijk hard water kan een onthardingsfilter worden geïnstalleerd, waardoor
het water wordt verzacht, onzuiverheden worden verwijderd en kalkaanslag wordt voorkomen.
VIGFG210
Thermia Värmepumpar