5
Druk op de knop 4.
De scherpstelling wordt vergrendeld en de camera gaat terug naar de
opnamestand.
Nadat de scherpstelling is vergrendeld, kunt u nogmaals op de
vierwegbesturing (5) drukken om de indicatie \ weer te geven en de
scherpstelling aan te passen.
De opnamestand en de transportstand kunnen niet worden gewijzigd terwijl
de indicatie \ wordt weergegeven.
Om te schakelen van \ naar een andere scherpstelinstelling, drukt u op de
vierwegbesturing (5) terwijl de indicatie \ wordt weergegeven.
48