Aanpassing voor opnamestijlen
Functies toewijzen aan de controleknop en
de knop aan de voorkant
U kunt voor elke opnamemodus veelgebruikte functies toewijzen aan de
controleknop en de knop aan de voorkant.
Toewijsbare functies
De functies die u kunt toewijzen aan de controleknop en de knop aan de
voorkant variëren afhankelijk van de opnamemodus. In het instellingenscherm
kunt u het schakelen tussen verhoudingen (= 8 2), i-Contrast (= 1 34),
witbalanscorrectie (= 1 37) of trapsgewijs zoomen (= 1 43) toewijzen aan
modi die met worden aangeduid in de onderstaande tabel.
Knop 1 voorkant
Knop 2 voorkant
Controleknop
• <B>: diafragmawaarde (= 1 65); <M>: sluitertijd (= 1 64)
• Als er meerdere functies zijn toegewezen aan de knop <7>, drukt u op de knop
<
> om tussen de functies te schakelen.
170
1
Open het instellingenscherm.
z
z
2
Configureer de instelling.
z
z
z
z
Item
z
7
z
7
z
7
Foto's
Druk op de knop <n>, kies [Func.
z7 inst.] op het tabblad [4]. Druk
vervolgens op de knop <m> (= 5 0).
Druk op de knoppen <q><r> om een item
te kiezen.
Voor het configureren van de instellingen
drukt u op de knoppen <o><p> en
selecteert u een item (druk op de knoppen
<o><p><q><r> of draai aan de knop
<7>). Draai vervolgens aan de knop
<z> om de functie te wijzigen.
Opnamemodus
D
B
M
B
B,
B
B
M,
B, M
B
Films
M
G
M
M
M