Draai de gasballastregeling zes draaien tegen de klok in om het gasballastsysteem
volledig te openen. Gebruik de gasballastregeling geopend:
▪
om hoge concentraties condenseerbare damp te pompen;
▪
om de olie te ontsmetten.
Bij het bedienen van de pomp met de gasballastregeling open, is er een verhoogde mate
van verlies van olie uit de pomp.
5.3 Opstart-
WAARSCHUWING:
Zorg ervoor dat het systeem niet de uitlaatpijp kan laten blokkeren.
Als de olie verontreinigd is of als de pomptemperatuur lager is dan 12 °C (53,6 °F) of als
de stroomvoedingsspanning meer dan 10% lager is dan de laagste spanning die is
gespecificeerd voor de pomp, kan de pomp gedurende een paar minuten op
gereduceerde snelheid werken. Als de pomp op gereduceerde snelheid blijft werken,
gaat het thermische overbelastingsapparaat van de motor open en stopt de pomp.
Wanneer de motor afgekoeld is, wordt het thermische overbelastingsapparaat
automatisch gereset en de pomp wordt herstart.
1.
Controleer of het oliepeil van de pomp tussen het MAX- en MIN-teken ligt op de
voorvatting van het oliekijkglas; als dit niet het geval is, zie
op pagina 30.
2.
Draai de gasballastregeling naar de vereiste positie (zie
pagina 24).
3.
Schakel de stroomvoeding naar de pomp in.
4.
Controleer dat het oliepeil in het kijkglas enigszins zakt (3 tot 5 mm) na het
opstarten. Dit geeft aan dat de pomp met olie gevoed is.
5.
Als de pomp niet wordt gevoed, bedient u de pomp met de inlaat geopend naar de
atmosfeer gedurende ongeveer 30 seconden. Isoleer vervolgens de inlaat en
controleer of het oliepeil met 3 tot 5 mm zakt.
6.
Voor het bereiken van een eindvacuüm, het pompen van condenseerbare dampen
of het ontsmetten van de pompolie, raadpleegt u de procedures in respectievelijk
Eindvacuüm bereiken
verpompen
opent u de isolatieklep van het vacuümsysteem.
5.4 Eindvacuüm creëren
Als de pomp niet de prestaties behaalt die worden gespecificeerd in
12, controleert u of dit niet te wijten is aan het systeemontwerp voordat u contact met
de leverancier of ons opneemt voor advies. Vooral de dampdruk van alle gebruikte
materialen in het vacuümsysteem (inclusief pompolie) moet veel lager zijn dan het
gespecificeerde eindvacuüm van de pomp.
A37132886_F
A37132886_F - Bediening
Eindvacuüm creëren
op pagina 26 en
Het ontsmetten van de olie
Blz. 25
Het oliepeil controleren
Gasballastregeling
op pagina 25,
Condenseerbare dampen
op pagina 26. Anders
Prestaties
01/2021 - ©Edwards Limited
op
op pagina