Life & Mobility adviseert om als gebruiker plaats te nemen in de
autostoel en niet in de rolstoel te blijven zitten tijdens transport.
Mocht dit niet mogelijk zijn, dan adviseren wij de volgende punten in
acht te nemen:
a. de rolstoel dient in de voorwaartse rijrichting geplaatst te worden.
b. een "Unwin restraint systeem" zoals model Gemini 3 of een soort
gelijkwaardig systeem van een ander merk dient te worden
toegepast.
c. Er dient een extra autogordel te worden gebruikt gelijk waardig aan
een Klippan Safety AB gordel, model 907428 of een gordel met gelijke
specificaties van een ander merk.
d. het vastzetsysteem dient op de specifieke bevestigingspunten aan
de rolstoel worden vastgemaakt. Deze worden aangeduid met een
sticker.
e. er mogen geen losse onderdelen op de rolstoel aanwezig zijn
tijdens transport. Deze zouden eraf kunnen glijden en een gevaarlijke
situatie kunnen veroorzaken.
f. het zwaarte punt van de rolstoel dient tijdens het transport zo laag
mogelijk gehouden te worden. Dit rolstoel dioent dus in zijn laagste
zitpositie te zijn, met de zitting horizontaal en de rugleuning rechtop
en de beensteunen naar beneden.
g. de rolstoel dient uitgeschakeld te zijn tijdens het transport.
h. zorg dat de bandenspanning op de rolstoel correct is om een
stabiele fixatie te kunnen garanderen. Lage bandenspanning maakt
de rolstoel wiebelig tijdens transport.
de positiegordel van een rolstoel is niet gedacht om als autogordel te
dienen. Wanneer men in de rolstoel blijft zitten tijdens transport dient men
een extra autogordel, welke direct aan de auto is bevestigd, te dragen.
indien het transport op een schip plaats vind dient men contact met
zeewater zo veel mogelijk te vermeiden. Zout water veroorzaakt corrosie
en kan schade aanbrengen aan het elektrisch systeem.
93