Inhoudsopgave
Advertenties
9
Onderhoud
9.10
Controleer de instelling van het roerwerk
1. Plaats het roerwerk in de roerwerkas en vergrendel de bajonetsluiting.
2. Trek het vergrendelde roerwerk naar boven.
De afstand tussen de onderkant van het roerwerk en de bodem van de voor-
raadbak moet nu 1 mm bedragen.
3. Gebruik voor de controle een 1 mm dikke onderlegring of een metalen plaat-
je.
Afb. 9.14: Instelling van het roerwerk
Situatie 1: het roerwerk heeft te veel lucht tot aan de bodem van de voor-
raadbak.
z
Laat het drijfwerk door uitnemen van onderlegringen bij de 3 bevestigings-
bouten dieper zakken. Leg eventueel een doorlopende metalen strip gelijk-
matig tegen de vier schroeven van de voorraadbak.
Situatie 2: de afstand is kleiner dan 1 mm.
z
Leg bij het drijwerk onderlegringen met dezelfde dikte gelijkmatig tegen de 3
bevestigingsbouten.
Situatie 3: het roerwerk kan niet meer vergrendelen.
z
De dwarspen zit te laag.
z
Leg bij het drijwerk onderlegringen met dezelfde dikte gelijkmatig tegen de 3
bevestigingsbouten.
Let er bij de montage van de strooischijven met name op een vrije doorgang
tussen strooischoepen en uitloop. Zie
pagina
112
111.
AANWIJZING
9.9.2: Strooischijven monteren,
Advertenties
Inhoudsopgave
