5
Tastcycli: Referentiepunten automatisch vastleggen | Cyclus 1430 PROBE POSITION OF UNDERCUT
Cyclusparameters
Helpscherm
Z
Q1102
Q1100
Y
Z
Q1118
152
Parameter
Q1100 1e nominale positie hoofdas?
Absolute nominale positie van de eerste tastpositie in de hoofdas
van het bewerkingsvlak
Invoer: –99999,9999...+99999,9999 alternatief ?, -, + of @
X
Z
Q1101 1.nominale positie nevenas?
Absolute nominale positie van de eerste tastpositie in de nevenas
van het bewerkingsvlak
Invoer: -99999.9999...+9999.9999 Als alternatief optionele
invoer, zie Q1100
Q1101
Q1102 1.Nominale positie GS-as?
Absolute nominale positie van de eerste tastpositie in de gereed-
schapsas
Invoer: -99999.9999...+9999.9999 Als alternatief optionele
invoer, zie Q1100
Q372 Tastrichting (-3...+3)?
As in de richting waarvan moet worden getast. Met het voorteken
definieert u of de besturing zich in positieve of negatieve richting
verplaatst.
Invoer: –3, –2, –1, +1, +2, +3
Q336 Hoek voor spil-orientatie ?
Hoek waaronder de besturing het gereedschap vóór het tastpro-
ces oriënteert. Deze hoek werkt alleen bij het tasten in de gereed-
schapsas (Q372 = +/-3). De waarde werkt absoluut.
Invoer: 0...360
Q1118 Distance of radial approach?
Afstand tot de nominale positie waarop het tastsysteem zich in het
bewerkingsvlak voorpositioneert en na het tasten terugtrekt.
Als Q372= +/-1: afstand is tegengesteld aan de tastrichting.
Als Q372= +/-2: afstand is tegengesteld aan de tastrichting.
X
Als Q372= +/-3: afstand is tegengesteld aan de spilhoek Q336.
De waarde werkt incrementeel.
Invoer: 0...9999.9999
HEIDENHAIN | TNC 640 | Meetcycli voor werkstuk en gereedschap programmeren | 10/2022
?: Halfautomatische modus, zie Pagina 53
-, +: interpretatie van de tolerantie, zie Pagina 58
@: overdracht van een actuele positie, zie Pagina 61