Gebruiksaanwijzing
4.
Plaats uw voet op het rijpedaal en druk de
bovenkant van het pedaal langzaam in om
vooruit te rijden, of druk de onderkant van het
pedaal in om achteruit te rijden (fig. 16). Hoe
verder u het pedaal in één van beide richtingen
intrapt, hoe sneller de machine in die richting
rijdt.
5.
Om vaart te minderen, laat u het rijpedaal
terugkomen en trapt u het rempedaal in.
Figuur 16
1. Rijpedaal
2. Rempedaal
20
2
1
3
4
m-3258
3. Vooruit
4. Achteruit
Tractor stoppen
Om de machine te stoppen het rijpedaal loslaten, het
rempedaal intrappen, de aftakas uitschakelen, het
werktuig laten zakken en de contactsleutel in de stand
STOP draaien. Stel de parkeerrem in werking als u de
machine verlaat; zie Parkeerrem in werking stellen,
pagina 15. Vergeet niet de sleutel uit het contactslot
te verwijderen.
MOGELIJK GEVAAR
Iemand zou de tractor kunnen bedienen of
wegrijden wanneer u de tractor onbeheerd
achterlaat.
WAT ER KAN GEBEUREN
Kinderen of omstanders kunnen gewond
raken door onbevoegd gebruik van de
tractor.
GEVAARLIJKE SITUATIES
VOORKOMEN
Neem altijd de sleutel uit het contactslot en
stel de parkeerrem in werking wanneer u
de tractor onbeheerd achterlaat, ook al is
het maar heel even.