Veiligheids- en instructiestickers
Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich
bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers.
1. Breng de hendel naar beneden om de tractie uit te
schakelen.
1. Waarschuwing – Blijf op afstand van bewegende delen;
zorg dat alle beschermende delen op hun plaats zijn.
1. Lees de Gebruikershandleiding.
2. Waarschuwing – Gebruik de machine uitsluitend als u
hiervoor instructie hebt ontvangen.
3. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders
op een veilige afstand van de machine.
1. Snel
2. Continu snelheidsregeling
120-9571
120-9570
115-7051
3. Traag – nulstand
1. Lees de Gebruikershandleiding.
2. Waarschuwing – Gebruik de machine uitsluitend als u
hiervoor instructie hebt ontvangen.
3. Waarschuwing – hou omstanders uit de buurt van de accu.
4. Gevaar op elektrische schokken – vermijd dat gereedschap
kortsluiting van de accupolen veroorzaakt tijdens
onderhoud.
120-9593
4. Waarschuwing – Blijf op afstand van bewegende delen; zorg
dat alle beschermende delen op hun plaats zijn.
5. U mag de machine nooit slepen.
1. Rem
2. Zet de handgreep vrij om
de rem uit te schakelen.
3. Druk de handgreep in om
de rem in te schakelen.
7
120-9573
120-9598
4. Parkeerrem
5. Draai de grendel om
de parkeerrem in te
schakelen; druk de
handgreep in om vrij
te zetten.