•
Voer een herstel regeneratie uit als het
motorvermogen lager wordt en geparkeerde
regeneratie niet voldoende is om het roet uit het
DPF te branden.
•
Herstel regeneratie kan tot 4 uur duren.
•
De herstel regeneratie moet door een monteur van
de distributeur worden uitgevoerd, neem contact
op met uw erkende Toro distributeur.
Smart Power
Dankzij Toro Smart Power™ hoeft de bestuurder
het toerental niet in de gaten te houden in zware
omstandigheden. Slimme energievoorziening
voorkomt vastlopen in zware omstandigheden door
de machinesnelheid automatisch te regelen en de
maaiprestaties te optimaliseren. De bestuurder
kan eenvoudig een maximale rijsnelheid instellen
die comfortabel aanvoelt, en maaien zonder de
tractiesnelheid handmatig te moeten verlagen bij
zware omstandigheden.
Omgekeerde ventilator
Het ventilatortoerental is afhankelijk van de
temperatuur van de hydraulische olie en de
motorkoelvloeistof. Een reverse-cyclus wordt
automatisch gestart als de koelvloeistof of de
hydraulische temperatuur een bepaalde waarde
bereikt. Het omkeren helpt bij het verwijderen van
vuil van het achterscherm en het verlagen van de
temperatuur van de motor en de hydraulische olie.
Druk de rechter- en linkerknop van het InfoCenter
gelijktijdig in om de ventilator een handmatig gestarte
reverse-cyclus te laten maken. Het strekt tot
aanbeveling om de ventilator handmatig om te keren
voordat u de weg oprijdt of de werk- of opslagplaats
inrijdt.
Automatisch stationair
De machine beschikt over een automatische functie
voor stationair draaien die ingeschakeld wordt als de
volgende functies gedurende een bepaalde tijd niet
worden gebruikt; in het InfoCenter kunt u instellen
hoe lang het duurt voordat de motor stationair begint
te draaien.
•
Het tractiepedaal bevindt zich in de neutrale stand
•
De aftakas is uitgeschakeld
•
Alle hefschakelaars zijn inactief
Als een van de bovenstaande functies wordt
gestart, keert de machine automatisch terug naar
de vorige gasinstelling.
Cruise control
Met de schakelaar van de cruise control vergrendelt
u het pedaal zodat de gewenste grondsnelheid
behouden wordt. Druk op de achterzijde van de
schakelaar om de cruise controle uit te schakelen.
Met de middelste stand van de schakelaar wordt de
cruise control ingeschakeld en met de voorzijde van
de schakelaar kan de gewenste rijsnelheid worden
ingesteld
Opmerking:
Het indrukken van een van beide
rempedalen of het in de achteruit zetten van het
tractiepedaal gedurende 1 seconde zorgt ook voor het
ontkoppelen van de cruise control
Toerentalschakelaar
Met de toerentalschakelaar kunt u het toerental op
twee manieren veranderen. Door op de schakelaar
te tikken kan het toerental in stappen van 100 tpm
worden verhoogd of verlaagd. Hou een zijde van de
schakelaar ingedrukt om de motor automatisch in
hoog of laag stationair te schakelen.
Maaisnelheid
Supervisor (beveiligd menu)
Laat de supervisor toe om de maximale snelheid van
de machine in te stellen (50, 75 of 100%) waarmee de
bestuurder kan maaien (laag bereik).
Raadpleeg het onderdeel Het lcd-display van
InfoCenter gebruiken in het hoofdstuk bediening van
deze handleiding om de procedure voor het instellen
van de maaisnelheid te achterhalen.
Gebruiker
Laat de gebruiker de maximale maaisnelheid van
de machine (laag bereik) instellen, binnen de
voorinstellingen van de supervisor. Druk op de
middelste knop (
of hoofdscherm van het InfoCenter om de snelheid
aan te passen.
Opmerking:
Bij heen en weer schakelen tussen het
lage en het hoge bereik zullen de instellingen naar de
vorige instelling worden geschakeld. De instellingen
worden gereset als de machine wordt uitgeschakeld.
Opmerking:
Deze functie kunt u ook samen met
cruise control gebruiken.
Transportsnelheid
Supervisor (beveiligd menu)
46
pictogram) in het welkomscherm