Selectiegids Spuitdoppen die u hebt ontvangen
bij de spuitmachine.
7.
Laat de machine rijden met de gewenste
snelheid en zet de hoofdschakelaar van de
spuitbomen op Aan om te beginnen met spuiten.
Opmerking:
Als de tank bijna leeg is, kan het
mengen leiden tot schuimvorming in de tank. In
dit geval moet u de mengschakelaar uitzetten.
Als alternatief kunt u ook een antischuimmiddel
in de tank gebruiken.
8.
Als u klaar bent met spuiten, zet u de
hoofdschakelaar Uit om alle spuitbomen uit te
schakelen. Daarna schakelt u de pomp uit.
Opmerking:
Zet de spuitbomen weer in de
transportstand en rij de spuitmachine naar de
plaats waar deze wordt gereinigd.
Belangrijk:
Breng de spuitbomen altijd
omhoog totdat zij geheel kruiselings
over elkaar in de transportstand in de
transporthouder zijn gezet en de hefcilinders
volledig zijn teruggetrokken als u de machine
van het ene naar het andere spuitgebied rijdt,
dan wel naar een plaats waar deze wordt
opgeslagen of gereinigd.
Voorzorgsmaatregelen
ter bescherming van het
gazon tijdens gebruik in
een stationaire stand
Belangrijk:
In sommige omstandigheden
kan de hitte van de motor, de radiateur en de
knaldemper schade toebrengen aan het gras als
de spuitmachine wordt gebruikt in een stationaire
stand. De machine loopt stationair als u de
spuitvloeistof in de tank mengt, handmatig spuit
met een spuitpistool of een loopspuitboom
gebruikt.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen:
•
Spuit nooit in een stationaire stand bij zeer hete
en/of droge omstandigheden of als het gazon
tijdens deze perioden meer te lijden kan hebben.
•
Parkeer nooit op het gazon als u spuit in de
stationaire stand. Parkeer op een pad als dit
mogelijk is.
•
Beperk zoveel mogelijk de tijd dat u de machine in
de stationaire stand op een bepaald stuk van het
gazon laat staan. Zowel de tijd als de temperatuur
is van invloed op de mate waarin het gras wordt
beschadigd.
•
Stel het motortoerental zo laag mogelijk af
om de gewenste druk en stroom te verkrijgen.
Dit beperkt de hitte die wordt ontwikkeld en
de snelheid van de lucht die koelventilator
voortbrengt.
•
Laat de hitte naar boven ontsnappen vanuit
het motorcompartiment door de stoel omhoog
te zetten als de machine wordt gebruikt in de
stationaire stand, zodat de hitte niet via de
onderkant van de machine wordt afgevoerd.
Spuittips
•
Overlap geen stukken waar u eerder hebt
gespoten.
•
Controleer of er geen spuitdoppen zijn verstopt.
Vervang versleten of beschadigde spuitdoppen.
•
Schakel eerst met de hoofdschakelaar de
spuitbomen uit voordat u de spuitmachine
tot stilstand brengt. Nadat u de machine
tot stilstand hebt gebracht, moet u met de
motortoerentalregelaar van de neutraalstand de
motor op toeren houden, zodat het mengen blijft
doorgaan.
•
U verkrijgt betere resultaten als de spuitmachine in
beweging is wanneer u de spuitbomen inschakelt.
Een verstopte spuitdop
schoonmaken
Als een spuitdop tijdens het spuiten verstopt raakt,
kunt u deze schoonmaken met een spuitfles met
water of een tandenborstel.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal vlak, zet
de motor af en stel de parkeerrem in werking.
2.
Zet eerst de hoofdschakelaar en daarna de
pompschakelaar op Uit.
3.
Verwijder de verstopte spuitdop en maak deze
schoon met een spuitfles met water of een
tandenborstel.
Een spuitdop selecteren
De spuitdoppenhouders zijn geschikt voor de 3
verschillende spuitdoppen. De gewenste spuitdop
kiezen:
1.
Parkeer de machine op een horizontaal vlak, zet
de motor af en stel de parkeerrem in werking.
2.
Zet de hoofdschakelaar en de pompschakelaar
op Uit.
3.
Draai de spuitdoppenhouder in beide richtingen
op de juiste spuitdop.
28