Het setup-menu
Wi-Fi-opties
Druk op de d knop M z menupictogram (A8) M Wi-Fi-opties
Configureer de Wi-Fi (draadloos LAN) instellingen om de camera en een smart-
toestel te verbinden.
Optie
Wi-Fi-netwerk
SSID
Verificatie/encryptie
Wachtwoord
Kanaal
Subnetmasker
DHCP-server IP-adres
Huidige instellingen
Standaardinstel.
herstellen
E82
Stel tijdens draadloos verbinden van de camera met een smart-
toestel Wi-Fi-netwerk in op Aan. De standaardinstelling is Uit.
Zie "De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken" (A91) voor
meer informatie.
Wijzig de SSID. De geconfigureerde SSID wordt weergegeven op
het smart-toestel. Stel een alfanumerieke SSID in van
1-24 karakters.
Selecteer of de communicatie tussen de camera en het
verbonden smart-device al dan niet moet worden beveiligd.
• De communicatie wordt niet beveiligd als Open
(standaardinstelling) is geselecteerd.
Stel het wachtwoord in. Stel een alfanumeriek wachtwoord in
van 8-16 karakters.
• Wanneer Verificatie/encryptie is ingesteld op Open, dan
kan het wachtwoord niet worden ingesteld.
Wijzig het kanaal dat wordt gebruikt voor draadloze
verbindingen.
Als u problemen ondervindt bij het verbinden met een
intelligent apparaat vanwege radiogolfinterferentie afkomstig
van een ander apparaat of een andere radiozender, wijzig dan
het kanaalnummer en probeer opnieuw een verbinding tot
stand te brengen.
Stel het subnet-masker in.
• De standaard instelling is 255.255.255.0. Gebruik de
standaard instelling onder normale omstandigheden.
Stel het IP-adres van de DHCP-server in.
• De standaard instelling is 192.168.0.10. Gebruik de
standaard instelling onder normale omstandigheden.
Geef de huidige instellingen weer.
• Wanneer Verificatie/encryptie is ingesteld op Open, dan
wordt het wachtwoordveld leeg gelaten.
Herstel de Wi-Fi-instellingen naar de standaardwaarden.
Beschrijving