Symptoom
Het product reageert niet wan-
neer op de STOP-knop wordt
gedrukt
Het product reageert niet wan-
neer het deksel wordt geslo-
ten.
8.2.2 Symptomen tijdens zoeken
Symptoom
Het product rijdt, maar de
maaischijf draait niet
Het product vindt de begelei-
dingsdraad niet wanneer dit
het laadstation zoekt.
8.2.3 Symptomen tijdens dokken
Symptoom
Het product detecteert het F-
signaal, maar kan niet dokken
Het product rijdt vooruit het
laadstation in
50 - Probleemoplossing
Oorzaak
Een voorwerp of vuil onder de STOP-
knop.
Defecte magneet of Hall-sensor voor de
knop STOP.
Oorzaak
Het product zoekt naar het laadstation.
De maaischijf draait niet als het product
het laadstation zoekt.
De begeleidingslus is kapot.
Oorzaak
Vuil/bladafval/gras in het laadstation
zorgt ervoor dat de laadstrip van het pro-
duct geen contact kan maken met de
laadstrip van het laadstation.
Storing in de printplaat van het laadstati-
on of in de F-draad.
Probleem met het N-signaal vanaf de an-
tenneplaat.
De kabels voor de laadstrips in het pro-
duct zijn niet of niet goed aangesloten.
De kabels voor de contactstrips in het
laadstation zijn niet of niet goed aange-
sloten.
Het product kan het F-veld niet detecte-
ren en keert daarom niet vóór het laad-
station.
Actie
Verwijder het voorwerp of maak schoon
onder de STOP-knop.
Controleer of de magneet in de juiste
stand staat. Vervang de STOP-knop. Zie
De STOP-knop vervangen op pagina 24 .
Actie
Dit gedrag is normaal en er hoeft geen
actie te worden ondernomen.
Controleer het begeleidingssignaal en de
instellingen voor het volgen van de bege-
Hulpmiddelen - Info op
leidingsdraad. Zie
pagina 10 .
Actie
Reinig het laadstation.
Vervang de printplaat van het laadstati-
on. Zie
De printplaat in het laadstation
vervangen op pagina 34 .
Controleer de N-signalen. Zie
delen - Info - Lus op pagina 10 .
Controleer of de kabelschoenen voor de
laadstrips onbeschadigd zijn en correct
zijn aangesloten. Zorg ervoor dat de juis-
te kabel is aangesloten op de juiste laad-
strip. Plus en min moeten correct zijn
aangesloten. Zie
De koplampen en de
laadplaatjes vervangen op pagina 21 .
Controleer of de kabelschoenen voor de
contactstrips onbeschadigd zijn en cor-
rect zijn aangesloten. Zorg ervoor dat de
juiste kabel is aangesloten op de juiste
laadstrip. Plus en min moeten correct zijn
De contactplaatjes in
aangesloten. Zie
het laadstation vervangen op pagina 35 .
Controleer de LED op het laadstation en
raadpleeg de instructies over het oplos-
sen van problemen met het lussignaal.
Lussignaal op pagina 51 .
Zie
1582 - 001 - 23.12.2020
Hulpmid-