Inhoudsopgave
Advertenties
3.7 Bedieningspaneel
Toegang tot de werkbak
1 Trapje om in de bak te klimmen.
2 Schuifstang voor bescherming in de bak.
Opmerking: De schuifstang voor toegang keert automatisch (door gewicht) terug naar zijn positie bij sluiting.
Controleer dagelijks de efficiëntie van de automatische terugkeer met behulp van een praktijktest.
2
1
Bedieningspaneel in de (vracht)wagencabine
Op het bedieningspaneel in de vrachtwagencabine bevinden zich:
1-
Wit Indicatorlampje voor PLE-stroomvoeding.
2-
Oranje signaallampje voor ingeschakelde power take-off.
3-
Rood indicatielampje dat onjuiste sluiting van de stempelpoten signaleert tijdens het
bewegen.
4-
Groen lampje dat de juiste sluitingspositie van het platform aangeeft - bedrijfspositie.
5
Timer met gelijktijdige inschakeling bij de PLE-elektrische bedieningspanelen.
3
4
5
1
2
MUM SO-0029_TS fs2 * Cap. 3.27 *
OPDRACHTEN EN BESTURING
De aangegeven posities verwijzen naar de illustraties en hydraulische en elektrische schema's.
STABILISEREN
De bedieningselementen voor de stabilisatoren bevinden zich onder het loopplatform en bestaan uit vier
dubbelwerkende hydraulische verdeelkleppen. Voer het zakken en omhoog brengen van de stabilisatoren uit
door deze verdeelkleppen te bedienen. Voor het openen van de mastarm is het essentieel dat alle
stabilisatoren op de grond zijn bevestigd. Zodra de arm van zijn steun op het frame is gelift, is het
onmogelijk om de stabilisatoren te bewegen.
Tijdens het sluiten van de machine moeten de stangen volledig worden neergelaten en daarna pas de
telescopische arm.
De bewegingen van "op- en neerlaten van stabilisatoren" moeten symmetrisch worden uitgevoerd. Dat
betekent dat de stabilisatoren allemaal tegelijkertijd moeten worden verplaatst. Als ze afzonderlijk worden
verplaatst, moeten ze alternatief worden opgetild of neergelaten, in stappen voor alle vier de stabilisatoren.
Het is beter als ze van twee tot twee worden verplaatst.
We benadrukken het volgende:
2
Als de stabilisatoren te onevenwichtig worden bediend, kan het frame, de basisstructuur van het platform en
de stabilisatoren zelf schade oplopen.
Als de machine voorste schuin geplaatste stabilisatoren heeft (naar de cabine van het voertuig toe) en
achterste verticale stabilisatoren, moeten de voorste diagonale stabilisatoren op de grond worden gezet.
Dit is belangrijk om schade aan de achterste verticale stabilisatoren te voorkomen door het glijden van het
voertuig. GEBRUIK DE PLATFORM NOOIT ZOALS HIERNA AANGEGEVEN:
HEF OF LAAT NOOIT VOLLEDIG EN APART ÉÉN, TWEE OF DRIE STABILISATOREN OP
OF NEER.
(!) WAARSCHUWING (!)
MUM SO-0029_TS fs2 * Cap. 3.28 *
Advertenties
Inhoudsopgave
