Beeldformaat
Schakel de opnamestand in M d knop M A, B, C, D of i tab (A9) M
Beeldformaat
Stel het beeldformaat (aantal pixels) voor het opslaan van JPEG-beelden in.
Hoe groter het beeldformaat, hoe groter het formaat is dat afgedrukt kan
worden, maar er kunnen minder beelden worden opgeslagen.
Optie
F
4000×3000 (standaardinstelling)
E
3264×2448
L
2272×1704
B
1600×1200
f
640×480
u
3968×2232
O
1920×1080
I
3984×2656
H
3000×3000
C
Instelling beeldformaat
• Het beeldformaat kan in elke opnamestand worden ingesteld. Deze instelling
wordt ook toegepast op andere opnamestanden (behalve de opnamestand i en
de onderwerpstand Eenvoudig panorama).
• Het formaat van JPEG-beelden kan geselecteerd worden als u JPEG-beelden uit
RAW (NRW)-beelden maakt met RAW (NRW) bewerken (E12) (max. 4000 ×
3000 pixels).
• Beeldformaat voor het JPEG-beeld kan worden ingesteld als RAW (NRW) + Fine
of RAW (NRW) + Normal is geselecteerd. Neem echter in acht dat u
3968×2232, O 1920×1080, I 3984×2656 en H 3000×3000 niet
geselecteerd kunnen worden.
• De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of
andere functies gebruikt worden.
C
Beelden in formaat 1:1 afdrukken
Stel de printer in op "Rand" als u beelden wilt afdrukken met formaatinstelling 1:1.
Het is mogelijk dat op sommige printers de beelden niet in formaat 1:1 kunnen
worden afgedrukt.
Hoogte/breedte-verhouding
(horizontaal tot verticaal)
4:3
4:3
4:3
4:3
4:3
16:9
16:9
3:2
1:1
E25