Menu's voor weergave-, bewerkings-
en printfuncties
Als de functieknop ingesteld is op q, kunnen de instellingen worden aangepast terwijl beelden
worden afgespeeld.
Beelden automatisch afspelen [ G SLIDESHOW]
G
SLIDESHOW
Submenu 1
NORMAL/
NEXT PAGE 1/
ALL/STILL
NEXT PAGE 2/
PICTURE/MOVIE/
FLIP/SWIVEL/ZOOM UP/
CALENDAR
SLIDE/FADER/
CHECKERBOARD/
BLINDS/RANDOM
Een diashow starten
De diashow start nadat de [BGM]-instellingen werden bevestigd en op de knop E werd gedrukt.
Om de diashow te stoppen, drukt u op de knop E of op de knop .
Beelden retoucheren [ H PERFECT FIX]
H
PERFECT FIX
Bewerkte of geretoucheerde beelden kunnen niet nogmaals worden geretoucheerd.
Afhankelijk van de foto is het mogelijk dat het bewerken niet efficiënt verloopt.
Het retoucheren kan de beeldresolutie verlagen.
Submenu 1
ALL
SHADOW ADJ
REDEYE FIX
1 Selecteer een correctie-item met LM en druk op de knop E.
2 Gebruik NO om een beeld te selecteren dat u wenst te retoucheren en druk op de knop E.
•
Het geretoucheerde beeld wordt opgeslagen als een nieuw beeld.
30 NL
Submenu 2
OFF/STANDARD/
SPEED/CYBER/
AQUA/SHINY
[SHADOW ADJ] en [REDEYE FIX] worden samen toegepast.
Enkel delen die donkerder worden wegens tegenlicht of zwak licht, worden opgehelderd.
Ogen die rood worden door de flitser, worden gecorrigeerd.
Submenu 3
Selecteert respectievelijk de inhoud van
de diashow, het soort overgangseffect
tussen de dia's en de achtergrondmuziek.
Toepassing
Toepassing