Basiscomponenten
1. Kantelsteunhendel
DMU26400
Motorkapontgrendelingshendel
De motorkap kan worden verwijderd door de
motorkapontgrendelingshendel te bedienen.
Door aan de voorste hendel te trekken wordt
de motorkap ontgrendeld zodat ze kan wor-
den verwijderd.
Bij het installeren van de motorkap:
1.
Zet de motorkap recht op de motor en
zorg ervoor dat er geen bougiedraden of
andere draden komen klem te zitten.
2.
Lijn de drie motorkaphaken uit met de
vergrendelingen op de onderbak.
3.
Druk op de voorkant en de beide kanten
van de achterkant van de bovenkant van
de motorkap tot de drie vergrendelingen
vastklikken.
14
1
ZMU03979
4.
DCM00070
OPGELET:
Zorg ervoor dat de verbindingskabel
G
van de motorkapvergrendeling correct
werkt alvorens de motorkap aan te
brengen.
Als de ontgrendelingshendel wordt be-
G
diend, moeten de voorste en achterste
motorkaphaken gelijktijdig worden ont-
grendeld. Als dat niet het geval moeten
de stelschroeven van de kabel van de
achterste klem worden bijgeregeld.
Zorg ervoor dat de kabel probleemloos
G
ZMU03518
werkt en geen roest vertoont.
Controleer of de kabel op de juiste ma-
G
nier in de houder is bevestigd.
Ga bij het installeren van de motorkap
G
na dat de voorste en de achterste ver-
grendelingen correct hebben gewerkt.
Als de motorkap niet naar behoren ver-
grendeld is, kunnen door het trillen van
de motorkap tijdens de werking sommi-
ge onderdelen worden beschadigd.
DMU26491
Digitale toerenteller
De toerenteller toont het motortoerental en
Om ervoor te zorgen dat de motorkap
naar behoren vergrendeld is, dient u er
aan de beide kanten op te drukken. Als
ze terug naar boven komt, dient u stap 3
te herhalen.
ZMU03519