6.2 Stroom/Druk
De basisfuncties worden ingesteld bij INSTALLA-
TIENIVEAU en de waarden worden afgelezen bij
GEBRUIKERSNIVEAU.
Zie daarom ook 9.3 waar de functies stroom/
druk uitvoerig worden beschreven.
6.2.1 Aflezen
Wordt gebruikt als functiecontrole.
6.2.2 Instelling
De in te stellen waarden hangen af van de gekozen func-
ties op INSTALLATIENIVEAU alsook de min. en max. stro-
men voor de resp. aggregaatgrootte (zie onderstaande
tabel).
Afhankelijk van de gekozen functie kan het volgende wor-
den ingesteld: stroom (l/s, m
van het insignaal (%).
LAGE SNELHEID
Moet altijd worden ingesteld. De lagesnelheidswaarde
kan niet hoger zijn dan de hogesnelheidswaarde. De lage
snelheid kan worden ingesteld op 0 wat betekent dat de
ventilator stilstaat.
HOGE SNELHEID
Moet altijd worden ingesteld. De hogesnelheidswaarde of
druk kan niet lager zijn dan de lagesnelheidswaarde.
MAX. SNELHEID
Maximum snelheid is alleen van toepassing voor functies
als de drukregeling, geforceerde verwarming of Cooling
BOOST.
De max. snelheidswaarde kan niet lager zijn dan de hoges-
nelheidswaarde.
MIN./MAX. SNELHEID
Is alleen van belang bij de functie bediening bij behoefte.
De laagste en hoogste stroom wordt voor de resp. ventila-
tor ingesteld. Dat betekent dat de ventilatoren niet buiten
deze grenswaarden zullen werken, ongeacht de behoefte.
Min./Max. stroom
LUCHTHOEVEELHEID
MINIMUM HOEVEELHEID
COMPACT UNIT EN
COMPACT TOP
m
/u *
TYPE
3
02
300
03
300
* Bij het instellen worden de waarden afgerond naar de
dichtstbijzijnde stap.
Wijzigingen voorbehouden.
/s, m
/u), druk (Pa) of grootte
3
3
MAXIMUM HOEVEELHEID
COMPACT UNIT EN
COMPACT TOP
m
/s
m
/u
3
3
0,08
900
0,08
1440
STROOM/DRUCK
*STROOM/DRUCK*
AFLEZEN
INSTELLEN
*STROOM/DRUCK*
AFLEZEN
INSTELLEN
LAGE SNELHEID
m
/s
3
0,25
0,40
NL.COMPACTUTSK.211115
HOGE SNELHEID
MAX. SNELHEID
MIN./MAX. SNELHEID
www.swegon.com
15