Draadloze telefoon bij andere toestellen
aanmelden
U kunt een draadloze telefoon bij tot vier verschillende
toestellen (= basisstations) aanmelden.
Aan het toestel
1 Meld de draadloze telefoon bij het eerste toestel aan zo-
als beschreven.
2 Druk aan het volgende toestel op OK, 82 en OK.
3 Bevestig de vooringestelde pincode ( 0000 ) of voer een
andere pincode in.
De pincode kan identiek zijn met de pincode van
het eerste toestel.
4 Bevestig met OK.
Aan de draadloze telefoon
5 Druk op [ en kies met [ INSTELLINGEN .
6 Bevestig met OK.
7 Kies met [ GEAV. INSTELL. .
8 Bevestig met OK.
9 Kies met [ INSTEL. HS .
10 Bevestig met OK.
11 Kies met [ PERS.AANMELDEN .
12 Bevestig met OK.
13 Kies met [ het volgende toestel (= basisstation).
14 Bevestig met OK.
15 Bevestig de naam van het basisstation of voer een nieu-
we naam in.
16 Bevestig met OK.
17 Voer dezelfde pincode in die u aan het volgende toestel
hebt ingevoerd.
18 Bevestig met OK.
19 Kies met [ het nummer waarmee u de draadloze te-
lefoon bij het volgende toestel wilt aanmelden.
20 Bevestig met OK.
Favoriete basis instellen
Favoriete basis
Met deze functie kunt u vastleggen met welk toestel (= ba-
sisstation) u wilt telefoneren wanneer u uw draadloze tele-
foon bij meerdere toestellen hebt aangemeld. Met AU-
TOMATISCH stelt de draadloze telefoon zich automatisch
in op het betreffende toestel binnen zijn bereik.
1 Druk op [ en kies met [ INSTELLINGEN .
2 Bevestig met OK.
3 Kies met [ GEAV. INSTELL. .
4 Bevestig met OK.
5 Kies met [ INSTEL. HS .
6 Bevestig met OK.
7 Kies met [ VOORKEUR BS .
8 Bevestig met OK.
9 Druk op õ WIJZIGEN .
10 Kies met [ het toestel waaraan u de prioriteit wilt toe-
kennen, of kies de automatische instelling.
11 Bevestig met OK.
Extra toestellen aansluiten
Extra toestellen
U kunt aan een telefoonaansluiting extra toestellen aan-
sluiten zoals bijvoorbeeld draadloze telefoons, antwoord-
apparaten of modems.
Indien u op dezelfde lijn een draadloos telefoontoe-
stel met SMS functie gebruikt dan gebeurt de ont-
vangst van een bericht in functie van het toestelnum-
mer (subadres).
Aansluiting aan het toestel
Aansluiting aan het toestel
U kunt extra toestellen direct aan uw toestel aansluiten.
Steek de telefoonkabel van het extra toestel in de EXT-bus
(RJ-11-aansluiting) van het toestel.
Serieel aansluiten
Wij bevelen de directe aansluiting aan het toestel aan
omdat de faxschakelaar op die manier optimaal func-
tioneert en de extra toestellen kan controleren.
Aansluiting aan de telefoonlijn
Volgorde van aansluiting
Opdat de faxschakelaar zou functioneren, moet het toestel
het eerste in de reeks zijn wanneer u meerdere toestellen
aan dezelfde telefoondoos aansluit. Let op de juiste volgor-
de.
Extra telefoons gebruiken (Easylink)
Easylink
Met de Easylink-functie kunt u met extra telefoons uw toe-
stel controleren. Extra telefoons moeten daarvoor op de
toonkiesprocedure (DTMF-tonen) ingesteld.
Faxontvangst starten
Wanneer u aan een extra toestel opneemt en hoort dat u
een faxbericht ontvangt (fluittoon of stilte), kunt u de fax-
ontvangst starten door bij de extra telefoon op *5 te
drukken of bij het toestel op de o-toets te drukken.
Lijn oproepen
Wanneer u opneemt aan een extra telefoon en het toestel
rinkelt verder of het probeert faxberichten te ontvangen,
kunt u het toestel van de lijn halen. Druk bij de extra tele-
foon op **.
Codes wijzigen
Easylink-codes
Verander de codes alleen maar wanneer het absoluut
noodzakelijk is. De codes moeten met * of # be-
ginnen en mogen niet identiek zijn.
1 Druk op OK, 54 en OK.
2 Voer de nieuwe code voor het starten van de faxont-
vangst in.
3 Bevestig met OK.
4 Voer de nieuwe code voor het oproepen van de lijn bij
een extra toestel in.
5 Bevestig met OK.
41