Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Kenmerken van elke stijl

H Foto's van dichtbij
De camera zoomt automatisch naar de dichtstbijzijnde positie waar opname mogelijk is.
De kortste afstand waarop de camera kan scherpstellen varieert afhankelijk van de zoompositie. Als de
zoom in een stand staat waarbij de zoomaanduiding groen wordt, kan de camera scherpstellen op
onderwerpen die niet meer dan ongeveer 20 cm van de voorzijde van het beschermglas zijn
verwijderd.
Als de zoom in de maximale groothoekstand staat, kan de camera scherpstellen op onderwerpen die
niet meer dan ongeveer 5 cm van de voorzijde van het beschermglas zijn verwijderd.
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld. Gebruik de
scherpstelvergrendeling om het beeld te kadreren bij een object dat zich niet in het midden van het
kader bevindt (A 61).
De camera stelt zelfs scherp wanneer de ontspanknop niet half is ingedrukt. Mogelijk hoort u het
geluid van de camera die scherp wordt gesteld.
Mogelijk kan de flitser onderwerpen op minder dan 50 cm afstand niet geheel uitlichten.
De flitser is ingesteld op y Flitser uit, maar de instelling kan worden gewijzigd (A 35).
De zelfontspanner kan worden ingesteld, maar Y Glimlachtimer is niet beschikbaar (A 37, 39).
X Foto's van voedsel
De camera zoomt automatisch naar de dichtstbijzijnde positie waar opname mogelijk is.
De kortste afstand waarop de camera kan scherpstellen varieert afhankelijk van de zoompositie.
Als de zoom in een stand staat waarbij de zoomaanduiding groen wordt, kan de camera scherpstellen op
onderwerpen die niet meer dan ongeveer 20 cm van de voorzijde van het beschermglas zijn verwijderd.
Als de zoom in de maximale groothoekstand staat, kan de camera scherpstellen op onderwerpen die
niet meer dan ongeveer 5 cm van de voorzijde van het beschermglas zijn verwijderd.
Druk op J of K van de multi-selector om de tint aan te passen en druk vervolgens op flexibele knop
4 (O). De instelling voor de tint wordt opgeslagen in het geheugen van de camera, zelfs als de camera
wordt uitgeschakeld.
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld. Gebruik de scherpstelvergrendeling
om het beeld te kadreren bij een object dat zich niet in het midden van het kader bevindt (A 61).
De camera stelt zelfs scherp wanneer de ontspanknop niet half is ingedrukt. Mogelijk hoort u het geluid
van de camera die scherp wordt gesteld.
De flitser wordt vast ingesteld op y Flitser uit (A 35).
De zelfontspanner kan worden ingesteld, maar Y Glimlachtimer is niet beschikbaar (A 37, 39).
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave