4.22
A
FDRUKMATERIAAL KIEZEN
2
Voordat u de transparanten afdrukt, moet u in uw
programma de juiste invoer, papiersoort/materiaaltype
en formaat instellen. Voor meer informatie, zie
pagina 5.7.
Meer informatie over de instellingen via het
bedieningspaneel vindt u op pagina 3.5.
Op kaarten of ander
afdrukmateriaal met een afwijkend
formaat afdrukken
U kunt met deze printer ook op briefkaarten van 89 x 148 mm,
(index)kaarten en ander afdrukmateriaal met een afwijkend
formaat afdrukken. De minimumafmetingen zijn 76 x 127 mm
en het maximumformaat 216 x 356 mm.
Richtlijnen
• Voer altijd de korte zijde als eerste in in de multi-purpose
invoer. Wilt u met de oriëntatie Liggend (Landscape)
afdrukken, selecteer dit dan via uw programma. Als u via de
lange zijde invoert, kan het afdrukmateriaal vastlopen.
• Leg niet meer dan 10 kaarten tegelijk in de invoer.
• Probeer niet af te drukken op te smal of te laag
materiaal dat kleiner is dan 76 mm breed of 127 mm lang.
• Stel in uw programma de marges in op minimaal 6,4 mm
afstand van de zijkanten van het afdrukmateriaal.