Menu: Configuratie
Drukwaarde 3.5V H1/H3
Het spanningssignaal H1/H3 dat op de
ingang aanwezig is wordt lineair in
een drukwaarde omgerekend. De
drukwaarde bij 0.5V is fix. 0bar: de
drukwaarde bij 3.5V kan met de
parameter drukwaarde 3.5V H1/H3
(bedienregel 5956, 5966) worden
ingesteld.
Teller 2e brandertrap
De tellerwaarden (bedrijfsuren en
starts) voor de tweede brandertrap
worden aan de hand van het signaal
op de ingang EX2 geteld. Is de functie
niet ingesteld, worden de tellerwaarden
op grond van de relaistoestand voor
de 2e brandertrap geteld.
Toestelblokkering
Het toestel wordt via de aansluit-
klemmen EX2 geblokkeerd.
Alle temperatuur-opvragen van de
verwarmingskringen en van het
drinkwater worden genegeerd.
De ketelbevriezingsbescherming blijft
intussen gegarandeerd.
De schoorsteenvegerfunctie kan
ondanks geactiveerde toestelblokkering
worden ingeschakeld.
Fout-/alarmmelding
De ingang EX2 zorgt voor een interne
foutmelding van de regulateur.
Bij overeenkomstige configuratie van
de "alarmuitgang" (relaisuitgangen
QX1 - 3, bedieningsregels 5890-5892)
wordt de fout door een extra contact
doorgestuurd of aangegeven (bij. ext.
lamp of hoorn).
STB foutmelding
De ingang genereert de foutmelding
110.
50
Drukwaarde (bar)
Regelnr.
Bedieningsregel
5982
Functie ingang EX2
Teller 2e brandertrap
Toestelblokkering
Fout-/Alarmmelding
STB foutmelding
Oververhittingstemperatuurafvoer
Werkinstelling ingang EX2
5983
Rustcontact
Werkcontact
Oververhittingsafleiding
Een actieve oververhittingsafleiding
maakt het bijv een vreemde verbruiker
mogelijk de verbruikers (verwarmings-
kring, drinkwaterboiler, Hx-pomp) met
een dwingend signaal tot het afnemen
van het te veel aan warmte te dwingen.
Voor elke verbruiker kan met de
parameter "oververhittingsafvoer"
ingesteld worden, of hij rekening houdt
met het dwingend signaal en op die
manier aan de warmteafvoer moet
deelnemen.
•
Lokale werking
Met de LPB apparaatadres 0 of >1
werkt de oververhittings-
temperatuurafvoer alleen op de
lokale verbruikers op het apparaat.
•
Centrale werking (LPB)
Met het LPB apparaatadres = 1
werkt de ververhittings-
temperatuurafvoer ook op de
verbruikers in de andere apparaten
in hetzelfde segment.
Een verdeling bij het hele systeem
bij nog andere segmenten van de
oververhittingstemperatuurafvoer
uit segment 0 is niet mogelijk.
Spanning op H1
Fabrieksinstelling
Teller 2e brandertrap
Werkcontact
Werkinstelling ingang. EX2
Rustcontact
Het contact is normaal gesloten en
moet voor het activeren van de
geselecteerde functie worden geopend.
Arbeidscontact
Het contact is normaal geopend en
moet voor het activeren van de
geselecteerde functie worden gesloten.
Voorbeeld