Menu: Verwarmingskringen
Karakteristiek steilheid
Met de steilheid verandert de ver-
trektemperatuur sterker naarmate de
buitentemperatuur kouder is. D.w.z.
wanneer de kamertemperatuur bij een
koude buitentemperatuur afwijkt en niet
bij een warme, dan moet de steil-
heid gecorrigeerd worden.
Instelling verhogen:
Om de vertrektemperatuur te verhogen,
vooral bij koude buitentemperaturen.
Instelling verlagen:
Om de vertrektemperatuur te verlagen,
vooral bij koude buitentemperaturen.
Verschuiving van de karakteristiek
Met de parallelverschuiving verandert
de vertrektemperatuur in het alge-
meen en gelijkmatig voor het hele
buitentemperatuurbereik. D.w.z. dat
wanneer de kamertemperatuur in het
algemeen te warm of te koud is, de
parallelverschuiving gecorrigeerd moet
worden
Aanpassing van de karakteristiek
Met de aanpassing wordt de warmte-
karakteristiek van de regelaar auto-
matisch aan de heersende situaties
aangepast.
Een correctie van de steilheid en
parallelle verschuiving is zo overbodig.
Hij kan slechts in- of uitgeschakeld
worden.
Om de functie te garanderen, moet het
volgend in acht genomen worden:
•
Een ruimtesensor moet
aangesloten zijn.
•
De instelling "ruimte-invloed" moet
tussen 1 en 99 ingesteld zijn.
•
In de referentieruimte
(montageplaats ruimtesensor)
dienen geen geregelde
radiatorkleppen aanwezig zijn.
(Eventueel aanwezige
radiatorkleppen moeten op het
maximum worden geopend)
27