Menu: Configuratie
Verwarmingskringen 1,2
De verwarmingskringen kunnen door
middel van deze instelling in- en uit-
geschakeld worden.
Drinkwatersensor B3
Sensor
De regelaar berekent het schakelpunt
aan de hand van het overeenkomstige
schakelverschil op basis van de
nominale drinkwatertemperatuur en de
gemeten TWW-boilertemperatuur.
Thermostaat
De regeling van de drinkwatertempera-
tuur gebeurt op basis van de schakel-
toestand van een aan B3 aangesloten
thermostaat.
Wanneer een drinkwaterthermostaat
gebruikt wordt, is geen "gereduceerd
bedrijf" mogelijk. D.w.z. wanneer
gereduceerd bedrijf actief is, dan is de
BW-bereiding met thermostaat
geblokkeerd.
Bedieningselement drinkwater Q3
Geen
Er wordt geen drinkwater geladen via
Q3.
Laadpomp
Er wordt drinkwater geladen met een
pomp aan de aansluitklem Q3./Y3
Draaikraan
Er wordt drinkwater geladen met een
draaikraan aan de aansluitklem Q3/Y3.
De pomp Q2 wordt in deze instelling
ketelpomp, in zover de ketelpomp niet
reeds via een multifunctionele
relaisuitgang QX bepaald is.
Drinkwater scheidingsschakeling
De drinkwaterscheidingsschakeling kan
slechts worden gebruikt, wanneer een
ketelcascade aanwezig is.
UIT:
de drinkwaterscheidingsschakeling
is uitgeschakeld. Elke aanwezig ketel
kan de drinkwaterboiler voeden.
AAN:
de drinkwaterscheidingsschakeling is
ingeschakeld. De drinkwaterlading vindt
uitsluitend plaats vanaf de daarvoor
gedefinieerde ketel.
Voor een drinkwaterscheidings-
schakeling moet het bedieningselement
drinkwater Q3 op "Draaikraan" worden
ingesteld.
Regelnr.
HK1
HK2
5700
5710
Regelnr.
Bedieningsregel
5730
Drinkwatersensor B3
Sensor
Thermostaat
•
De instelling van de nominale
drinkwatertemperatuur moet gelijk
aan of hoger zijn dan de nominale
instelling aan de thermostaat
(thermostaat geijkt op het
uitschakelpunt).
•
"Verhogen van de vertrekdrink-
watertemperatuur" moet ten minste
op 10 °C ingesteld worden
(beïnvloedt de laadduur).
•
Daarbij wordt de vorstbescherming
voor drinkwater niet gegarandeerd
Regelnr.
Bedieningsregel
5731
Bedieningselement drinkwater Q3
Geen
Laadpomp
Draaikraan
Regelnr.
Bedieningsregel
5736
Drinkwaterscheidingsschakeling
Bedieningsregel
Fabrieksinstelling
Verwarmingskring 1
Aan
Verwarmingskring 2
Uit
Fabrieksinstelling
Sensor
Fabrieksinstelling
Laadpomp
Fabrieksinstelling
Uit
45