Menu: Drinkwaterboiler
Laadregeling
Verhoging nominale vertrek-
temperatuur
De drinkwatervraag aan de ketel wordt
berekend op basis van de huidige
nominale drinkwatertemperatuur plus
de instelbare laadverhoging.
Overlaadverhoging
De overlaadverhoging maakt het
mogelijk, energie van de bufferboiler
naar de drinkwaterboiler over te
brengen. Daarvoor moet de actuele
bufferboilertemperatuur hoger zijn
dan de actuele temperatuur in de
drinkwaterboiler.
Het temperatuurverschil kan hier
worden ingesteld.
Oververhittingsbescherming
De drinkwaterboiler wordt tot de
ingestelde nominale drinkwaterwaarde
(regel 1610) geladen.
De collector oververhittingsfunctie kan
de collectorpomp weer in bedrijf stellen,
tot de boilerveiligheidstemperatuur van
80°C wordt bereikt.
Retourkoeling
Voor de retourkoeling van de drink-
waterboiler staan twee functies ter
beschikking.
Retourkoeling Ketel/HK
•
Het te veel aan energie van de
drinkwaterboiler kan door een
warmteafvoer van de ketel en de
verwarmingskringen worden
ontladen. Dit kan voor elke
verwarmingskring apart worden
ingesteld. (Par. regel 861, 1161,
1461).
Retourkoeling collector
•
Het te veel aan energie van de
drinkwaterboiler kan bij koude
collector via het collectoroppervlak
aan de omgeving worden
afgegeven.
42
Regelnr.
Bedieningsregel
5020
Verhoging nominale vertrektemperatuur
5021
Overlaadverhoging
5022
Soort lading
Met B3
Met B3/B31
Met B3, legio B3/B31
Laadwijze
De boilerlading kan met 2 sensoren
gebeuren. Het is mogelijk een
gedeeltelijke lading met één sensor
en een legionellafunctie met 2
sensoren te combineren (instelling 3).
Regelnr.
Bedieningsregel
5056
Retourkoeling Ketel/HK
5057
Retourkoeling collector
Uit
Zomer
Altijd
Fabrieksinstelling
16°C
8°C
Met B3
Fabrieksinstelling
Uit
Altijd