Specificaties
126
Tabel 10: Aanbevolen afstanden tussen draagbare en mobiele
RF-communicatieapparatuur en de N-560
De N-560 is bestemd voor gebruik in een elektromagnetische omgeving
waarin radiale RF-verstoringen beheerst worden. De klant of gebruiker
van de N-560 kan elektromagnetische intrferentie helpen voorkomen
door een minimale afstand te behouden tussen draagbare en mobiel RF-
communicatieapparatuur (zenders) en de N-560, zoals hieronder
aanbevolen volgens de maximale uitgangsstroom van de
communicatieapparatuur.
Afstand volgens de frequentie van de zender
Vastgestelde
maximale
150 kHZ tot 80
uitgangsstroom
MHz
van de zender
W
0.01
0.12
0.1
0.38
1
1.2
10
3.8
100
Voor zenders met een vastgestelde maximale uitgangsstroom die niet
hierboven is aangegeven kan de aanbevolen afstand d in meters (m)
worden geschat met behulp van de vergelijking die van toepassing is op
de frequentie van de zender, waarbij P de vastgestelde maximale
uitgangsstroom van de zender is in watt (W) volgens de fabrikant van de
zender.
Opmerking 1: Bij 80 MHz tot 800 MHz is de afstand voor het
hogere frequentiebereik van toepassing.
Opmerking 2: Deze richtlijnen zijn wellicht niet in alle
situaties van toepassing. De elektromagnetische propagatie
wordt beïnvloed door absorptie en reflectie van structuren,
objecten en personen.
m
80 MHz tot 800
GHz
0.12
0.38
1.2
3.8
12
12
800 MHz tot
2,5 GHz
0.23
0.73
2.3
7.3
23