Inhoudsopgave
Advertenties
Foutcodes
Foutcodes bij bij bij probleemoplossing
Foutcodes
probleemoplossing
probleemoplossing
Foutcodes kunnen twee vormen hebben:
Alarm: wijst u op de oorzaak van het alarm en
• Alarm:
Alarm:
schakelt de driver uit.
• Afwijking:
Afwijking:
Afwijking: wijst u op het probleem, maar de driver
kan blijven draaien totdat de ingestelde limieten
worden overschreden en de absolute limieten van
het systeem zijn bereikt.
OPMERKING: de knippercode wordt weergegeven
OPMERKING:
OPMERKING:
met behulp van het statuslampje (L) op de driver.
De onderstaande knippercode duidt de volgorde
aan. Knippercode 2 betekent bijvoorbeeld twee keer
knipperen en een pauze, waarna dit wordt herhaald.
OPMERKING: U kunt de code wissen door eerst
OPMERKING:
OPMERKING:
te proberen de drukstelknop (H) linksom te draaien
totdat hij niet verder kan. Als de statusindicator (L)
niet vlak nadat u de knop naar nul draait stopt met
knipperen, schakel de voeding uit en in door de
aan-/uitschakelaar (E) minimaal 30 seconden in de
stand UIT te zetten voordat u deze weer inschakelt.
Tabel met
met foutcodes
foutcodes
Tabel
Tabel
met
foutcodes
Knippercode
Type fout
fout
Knippercode
Knippercode
Type
Type
fout
1
Alarm
2
Alarm
3
Alarm
3A4533E
Stand - - - by by
Stand
Stand
Wanneer langzaam knipperen wordt weergegeven,
staat de driver in de stand-bymodus. De driver
gaat naar de stand-bymodus wanneer de driver
is ingeschakeld en onder druk staat met een
knopinstelling hoger dan 7 en de pomp gedurende
30 minuten geen vloeistof heeft verplaatst.
De stand-bymodus wordt in de volgende gevallen
beëindigd:
• er wordt vloeistof afgegeven waardoor de pomp
• De drukregelknop (H) wordt versteld, OF
• De hoofdschakelaar (E) wordt op UIT en daarna
Stappen voor
voor problemen
problemen oplossen
Stappen
Stappen
voor
problemen
Pompdalingen
Pompdalingen
Pompdalingen
De pomp daalt snel. Een onbalans in de druk tussen de slag omhoog en omlaag
van de pomp zorgt ervoor dat de pomp snel daalt.
• Dalen van de pomp kan zich voordoen als er geen vloeistof meer in de pomp
aanwezig is terwijl er met hoge druk wordt gespoten.
• Controleer of de vloeistof goed naar de pomp wordt toegevoerd.
• Druk van de slang kan terug naar de pomp bij de slag omlaag stromen.
• Controleer of het terugslagventiel is geïnstalleerd en goed werkt.
Spanning te te te laag
laag
Spanning
Spanning
laag
• Controleer of de lijnspanning binnen het bereik valt dat is gespecificeerd in
Technische specificaties, page
• Gebruik het aanbevolen koord in
• Schakel de stroom uit en in, en controleer het statuslampje (L) om te zien of
de fout nog steeds actief is.
Spanning te te te hoog
hoog
Spanning
Spanning
hoog
• Controleer of de lijnspanning binnen het bereik valt dat is gespecificeerd in
Technische specificaties, page
• Schakel de stroom uit en in, en controleer het statuslampje (L) om te zien of
de fout nog steeds actief is.
by
gaat bewegen, OF
op AAN gezet.
oplossen
oplossen
41.
Vereisten stroomvoorziening, page 9
41.
Probleemoplossing
.
25
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
