Knopfuncties
3 Functieknop
Stel de functieknop in op de gewenste stand Fotograferen of Weergeven.
K Stilstaande beelden fotograferen
De camera bepaalt de optimale instellingen en maakt de foto.
h Fotograferen met onderdrukken van onscherpte
2
Deze functie corrigeert vage beelden die ontstaan doordat het object of de camera beweegt als de
foto gemaakt wordt.
• Door naar de andere stand om te schakelen worden de meeste instellingen gewijzigd naar de
standaardinstellingen van elke stand.
Fotograferen door een motiefprogramma te selecteren afhankelijk van
de situatie
U kunt fotograferen door een motiefprogramma te selecteren afhankelijk van de situatie
Het motiefprogramma selecteren / Naar een ander motiefprogramma
wisselen
• Drul op de
motiefprogramma. Door naar het andere motiefprogramma om te schakelen worden de meeste
instellingen gewijzigd naar de standaardinstellingen van elk motiefprogramma.
Volg de fotogids voor instelling
Volg de fotogids op het scherm om de focusinstellingen in te
stellen.
n Videobeelden opnemen
Het geluid wordt samen met de videobeelden
opgenomen.
10
NL
Omschakelen tussen de standen Fotograferen en Weergeven
-knop om in het hoofdmenu [SCN] te selecteren en wissel naar een ander
GUIDE SHOOTING
Brightening subject.
Shooting into backlight.
Set particular lighting.
Blurring background.
Adjusting area in focus.
Hier brandt een rood lampje tijdens video-opname.
A
De resterende opnametijd wordt weergegeven.
Als de resterende opnametijd 0 bereikt, wordt
OK
SET
00:36
00:36
00:36
het opnemen gestopt.