Sommige afwijkende duikprofi elen of -gewoonten zullen cumulatief bijdragen aan een
hoger risico op decompressieziekte: duiken met een korte oppervlakte-interval, herha-
lingsduiken die dieper zijn dan de eerste duik, het maken van meerdere opstijgingen,
meerdere herhalingsduiken over meerdere dagen etc. Wanneer de duikcomputer dit
registreert kan de computer in combinatie met een aanpassing in het Suunto RGBM,
ook het advies geven om na de duik de oppervlakte-interval te verlengen. In deze si-
tuatie licht het Attentiesymbool op (zie hoofdstuk 5.2).
GEEN-DECOMPRESSIELIMIETEN
De geen-decompressielimieten die de D9 hanteert bij een duik naar één diepte (U-
profi el) zijn voor de eerste duik uit een serie iets conservatiever dan de limieten die de
U.S. Navy tabellen hanteren (Tabellen 6.1 en 6.2).
109