7 Inbedrijfstelling
83300007 1/2019-02 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Gasbrander WG40.../1-A ZM-LN
4. Openlopen naar vollast.
Op toets [+] drukken.
De brander loopt naar werkingspunt P1.
CO-gehalte van de verbranding controleren en evt. verbrandingswaarde via de
positie van de gassmoorklep [G] aanpassen.
Op toets [+] drukken.
De brander loopt naar het volgende werkingspunt.
Stappen bij elk werkingspunt herhalen, tot P9 bereikt is.
5. Vollast instellen
Bij het regelen de vermogengegevens van de ketelproducent en het arbeidsveld
van de brander in acht nemen [hfst. 3.4.6].
Toerental in vollast zo laag mogelijk instellen, maar niet lager dan 80 %. Daarbij op
de vlamstabiliteit letten.
Vereist gasdebiet (werkingsvolume V
Insteldruk en/of positie gassmoorklep [G] optimaliseren tot het gasdebiet (V
bereikt is.
Verbrandingswaarden controleren.
Verbrandingsgrens bepalen, luchtovermaat via luchtkleppositie en toerental
instellen.
Gasdebiet opnieuw bepalen en evt. aanpassen.
Luchtovermaat opnieuw instellen.
De insteldruk na deze stap niet meer veranderen.
60-128
) berekenen [hfst. 7.6].
B
)
B