BUITEN-
D
TEMPERATUUR
B
D
B
BINNEN-
TEMPERATUUR
W
B
LUCHTVOCHTIG-
HEID BINNEN
* Om condensvorming en het lekken van water uit
het apparaat te voorkomen.
D B: droge-bol-temperatuur (°C)
WB: natte-bol-temperatuur (°C)
Het insteltemperatuurbereik van de afstandsbedien-
ing is 16°C – 32°C.
4. INSTALLATIELOCATIE
Met betrekking tot de plaats van installatie
• Is de airconditioner geïnstalleerd in een goed
geventileerde ruimte waar er geen obstructies
zijn.
• Installeer de airconditioner niet in de volgende
plaatsen.
a. In ruimten waar veel oliedampen van minerale
oliën hangen.
b. Op plaatsen waar de lucht erg zout is, zoals in
zee gebieden.
c. Op plaatsen waar zwaveldampen voorkomen,
zoals bij warmwaterbronnen.
d. In ruimten waar veel spanningsschommelingen
optreden, zoals in fabrieken.
e. In voer- en vaartuigen.
f . In ruimten waar sprays worden gebruikt of
stoom voorkomt, zoals in een keuken.
g. In de buurt van machines die elektromag-
netische golven opwekken.
h. In ruimten waar zuren en/of alkalinedampen
voorkomen.
• Zijn voldoende voorzorgsmaatregelen
genomen?
Raadpleeg uw dealer voor details.
Met betrekking tot de bedrading
• Laat de aanleg van de elektrische bedrading
uitsluitend door erkende elektriciens uitvoeren.
Raadpleeg hierover uw dealer. Leg de bedrading
nooit zelf aan.
5
VERWAR-
KOELEN
MEN
D
–20 t/m 21
B
–5 t/m 43
W
–20 t/m
B
15,5
21 t/m 32
D
15 t/m 27
B
14 t/m 25
80%* of minder
• Zorg ervoor dat de unit wordt voorzien van een
gescheiden voedingssysteem en dat al het
werk aan elektrische bedrading wordt uitgev-
oerd door erkende elektriciens en conform de
landelijk geldende voorschriften en de
instructies van deze installatiehandleiding.
Besteed ook aandacht aan het geluid van
het in werking zijnde systeem
• Zijn de volgende plaatsen gekozen?
a. Een plaats die sterk genoeg is om het gewicht
van de airconditioner te kunnen dragen en
bestand is tegen trillingen en geluid.
b. Een plaats waar de warme lucht uit de luchtuit-
laat van de buitenunit en het geluid van het
apparaat niet verstoort.
• Weet u zeker dat er geen voorwerpen voor de
luchtuitlaat van de buitenunit staan?
Dergelijke voorwerken kunnen de prestaties ver-
minderen en bijgeluiden veroorzaken.
• Neem contact op met uw dealer zodra er
abnormale geluiden optreden.
Met betrekking tot de afvoerleidingen
• Is de afvoerleiding goed aangelegd?
Is de afvoerleiding van de buitenunit niet goed is
aangelegd, kunnen de leidingen verstopt raken
met vuil en stof. Hierdoor kan er in de binnenunit
waterlekkage optreden. Wanneer dit gebeurt dient
u het systeem direct uit te zetten en contact op te
nemen met uw dealer of het onderhoudscentrum.
5. BEDIENING
• Bediening
<FUQ>
Meer informatie vindt u in de bedieningshan-
dleiding bij de afstandsbediening.
<FXUQ>
Meer informatie vindt u in de bedieningshan-
dleiding bij de buitenunit.
• De bedieningsprocedure verschilt tussen het
model met de warmtepomp en het model met
directe koeling. Neem contact op met uw Daikin
dealer om het systeemmodel te bevestigen.
• Ter bescherming van de unit met de hoofdschake-
laar 6 uur voordat de unit in gebruik wordt
genomen worden aangezet.
• Indien de hoofdschakelaar tijdens bedrijf wordt
uitgezet, worden de werking automatisch hervat
nadat de hoofdschakelaar weer wordt aangezet.
Nederlands