Procedures
voorafgaande aan
onderhoud
Veiligheid bij onderhoud
•
Doe het volgende voordat u de machine gaat
afstellen, schoonmaken of repareren:
– Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak.
– Zet de gashendel op stationair – laag.
– Schakel de maai-eenheden uit.
– Breng de maai-eenheden omlaag.
– Zorg dat de tractie in neutraal staat.
– Stel de parkeerrem in werking.
– Zet de motor af en haal het sleuteltje uit het
contact.
– Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot
stilstand zijn gekomen.
– Laat de onderdelen van de machine afkoelen
voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
•
Als de maai-eenheden in de transportstand
staan, breng dan een positieve mechanische
vergrendeling aan (indien voorhanden) voordat u
de machine onbeheerd achterlaat.
•
Voer indien mogelijk geen onderhoudswerkzaam-
heden uit als de motor draait. Blijf uit de buurt van
bewegende onderdelen.
•
Plaats de machine of onderdelen ervan op
assteunen indien dit nodig is.
•
Haal voorzichtig de druk van onderdelen met
opgeslagen energie.
De stoel verwijderen
Opmerking:
Als u de stoel regelmatig gaat
verwijderen, kunt u de rolpen vervangen door een
borgpen (onderdeelnr. 3290-467).
Verwijder de stoel om toegang te krijgen tot het
kleppenblok van de machine.
1.
Ontgrendel de stoel, breng hem omhoog en zet
vast met de steun.
2.
Maak de 2 kabelboomstekkers onder de stoel
los.
3.
Laat de stoel neer en verwijder de rolpen
waarmee de draaistang van de stoel is
vastgezet aan het frame
(Figuur
28).
1. Spanbus
4.
Schuif de draaistang van de stoel naar links.
5.
Beweeg de stoel naar voren en til hem uit de
machine.
6.
Monteer de stoel in de omgekeerde volgorde.
De machine opkrikken
VOORZICHTIG
Als de machine niet goed is ondersteund, kan
deze vallen, waardoor u of anderen verpletterd
kunnen worden.
Voordat u onderhoudswerkzaamheden aan de
machine verricht, moet u deze op assteunen
of houten blokken plaatsen.
Laat de maaidekken neer voordat u de machine
opkrikt. De krikpunten zijn als volgt:
•
Rechts – onder het stutplatform en naast de
steunbeugel van de rolbeugel
•
Links – onder de opstap
•
Achter – bij de zwenkwielvork
1. Stutplatform
31
Figuur 28
2. Draaistang van de stoel
(Figuur
29)
Figuur 29
g005497
g005516