• Zorg ervoor dat alle bekabeling stevig is vastgezet, het juiste type kabel wordt gebruikt en dat de aansluit-
punten en kabels niet mechanisch kunnen worden belast.
Fouten bij aansluiting of installatie kunnen brandgevaar opleveren.
• Leidt, wanneer de voedingskabel en de bekabeling tussen de binnen- en buitenunits verbonden worden, de
kabels zodanig dat het deksel van de besturingskast goed bevestigd kan worden.
Als het deksel van de besturingskast niet correct bevestigd wordt, kan gevaar voor elektrische schokken,
brand of oververhitting van de aansluitingen ontstaan.
• Als er tijdens installatie koelmiddel ontsnapt dient de ruimte onmiddellijk goed gelucht te worden.
Als het koelmiddel tot ontbranding komt, kunnen er giftige gassen vrijkomen.
• Controleer na installatie of er geen koelmiddel ontsnapt.
Er kunnen giftige gassen vrijkomen als het koelmiddel in contact komt met warmtebronnen, zoals gasfor-
nuizen, kookplaten of verwarmingstoestellen met warmtespiralen.
• Schakel de unit uit alvorens elektrische onderdelen aan te raken.
• U moet het systeem aarden.
Gebruik hiervoor geen gas- of waterpijp, bliksemafleider of telefoon-aardkabel.
Onvoldoende aarding kan kortsluiting of brand veroorzaken.
Een plotselinge schok van inslaande bliksem of iets anders kan de airconditioner beschadigen.
• Plaats een aardlekschakelaar.
Het niet plaatsen van een aardlekschakelaar kan gevaar voor elektrische schokken of brand tot gevolg
hebben.
VOORZORGSMAATREGELEN
• Installeer volgens de aanwijzingen van deze installatiehandleidung afvoerleidingen om voor goede afvoer
te zorgen en isoleer de leidingen om condensvorming te voorkomen.
Het op verkeerde wijze aanleggen van de afvoer kan waterlekkage en schade aan eigendommen tot gevolg
hebben.
• Het bereik van de (draadloze) afstandsbediening kan in kamers met TL-verlichting (vooral bij snelstarts)
aanzienlijk korter dan normaal zijn.
Installeer de binnenunit zo ver uit de buurt van TL-verlichting als mogelijk.
• Installeer de airconditioner niet in de volgende plaatsen:
(a)waar dampen van minerale oliën voorkomen, waar sprays worden gebruikt of stoom voorkomt, zoals in
een keuken.
Plastic onderdelen kunnen worden aangetast en losraken of waterlekkage tot gevolg hebben.
(b)waar bijtende gassen voorkomen, zoals zwavalzuurgas.
De koperen leidingen of de gesoldeerde verbindingen kunnen worden aangetast een lekkage van koelv-
loeistof tot gevolg hebben.
(c)in de buurt van maschines die elektromagnetische golven opwekken.
Elektromagnetisch golven kunnen de werking van het besturingssystem beinvloeden en storing vero-
orzaken.
(d)waar ontvlambare gassen voorkomen, waar glasvezelstof of andere ontvlambare stoffen in de lucht
hangen, og waar licht ontvlambare materialen woorkomen, zoals ververdunner of benzine.
Het gebruik van de unit onder dergelijke omstandigheden kan brand tot gevolg hebben.
• Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat kleine dieren gaan nestelen in de buitenunit.
Kleine dieren die in contact komen met elektrische onderdelen kunnen storingen, rook of brand veroorza-
ken. Gelieve de klant te zeggen de ruimte rond de unit schoon te houden.
2. VOOR INSTALLATIE
Zorg ervoor dat de kunststof onderdelen van het apparaat niet belast worden wanneer het apparaat
wordt geopend of wanneer deze wordt verplaatst nadat deze is geopend.
• Kies een transportmethode.
• Laat de unit in de verpakking totdat deze op de plaats van installatie is aangekomen. Gebruik een draa-
griem van zacht materiaal of touw met beschermde platen wanneer het onvermijdelijk is dat de unit moet
worden verplaatst nadat de verpakking verwijderd is.
• Zie de installatiehandleiding van de buitenunit voor items die niet in deze handleiding beschreven worden.
• Controleer eerst het te gebruiken koelmiddel voordat u begint met de installatiewerkzaamheden. (Wanneer
niet het juiste type koelmiddel wordt gebruikt, zal het apparaat niet goed kunnen werken.)
• Bewaar alle eventueel overtollige onderdelen totdat de gehele installatie gereed is.
Nederlands
2