Menu 5.11.1.2 - circ.pomp afg.syst. (GP1)
bedrijfsstand
Instelbereik: auto / intermitterend
Standaardwaarde: auto
Stel hier de bedrijfsmodus van de circulatiepomp ver-
warmingssysteem in.
auto: De circulatiepomp draait volgens de huidige be-
drijfsmodus van de VVM 320.
intermitterend: De circulatiepomp van het verwar-
mingssysteem start en stopt 20 seconden voor en na
de compressor in de warmtepomp.
snelheid tijdens bedrijf
heating, warmtapwater, zwembad, cooling
Instelbereik: auto / handmatig
Standaardwaarde: auto
Handmatige instelling
Instelbereik: 1–100 %
Standaardwaarde: 70 %
snelh. in wachtm.
Instelbereik: 1–100 %
Standaardwaarde: 30 %
max. toegest. snelheid
Instelbereik: 80–100 %
Standaardwaarde: 100 %
Stel de snelheid in waarop de circulatiepomp verwar-
mingssysteem moet draaien in de huidige bedrijfsstand.
Selecteer "auto" als de snelheid van de circulatiepomp
verwarmingssysteem automatisch geregeld moet
worden (fabrieksinstelling) voor een optimale werking.
Als "auto" wordt geactiveerd voor verwarming, kunt
u ook kiezen voor de instelling "max. toegest. snelheid"
die de circulatiepomp verwarmingssysteem beperkt
en niet laat draaien op een hogere snelheid dan de
ingestelde waarde.
Voor handmatige regeling van de circulatiepomp van
het verwarmingssysteem deactiveert u "auto" voor de
huidige bedrijfsstand en stelt u vervolgens de waarde
in tussen 1 en 100% (de eerder ingestelde waarde voor
"max. toegest. snelheid" geldt niet meer).
wachtstand houdt in dat de circulatiepomp van het
verwarmingssysteem de snelheid verlaagt, omdat de
warmtepomp in de verwarmings- of koelingsstand
staat, maar geen compressor of elektrische bijverwar-
ming nodig heeft.
56
Hoofdstuk 8 |
Regeling - Menu's
5.12 - land
Selecteer hier waar het product geïnstalleerd is. Zo
krijgt u toegang tot landspecifieke instellingen in uw
product.
Voor de taalinstellingen kan worden afgeweken van
deze selectie.
Voorzichtig!
Deze optie vergrendelt na 24 uur, herstarten
van display of updaten van programma.
NIBE™ VVM 320